1 Augustus.

1 Augustus. Onze vierde en laatste reismaand van 2023 is begonnen.
Tijd om ook een beetje na te denken over de terugreis naar Spanje. Onze terugvluchten zijn al geboekt en ook de winterhaven is gereserveerd.
Nu de route tussen Zakynthos en Preveza nog. We willen, via een tussenstop op Kefalonia, naar Vasiliki op Lefkas. Eerst dachten we aan Argostoli, de hoofdstad van Kefalonia. Dat heeft echter enkele nadelen. De reis naar Argostoli is tamelijk lang en vooral de reis tussen Argostoli en Vasiliki is lang. Verder is Argostoli nieuw voor ons en lezen we op de zeil-app’s dat een plekje vinden niet simpel is. Normaal gesproken vinden we daar dan wel wat op, maar we merken dat we, na drie maanden op reis, iets meer rust zoeken.
Daarom kiezen we voor Sami op Kefalonia als tussenstop. Daar zijn we al eens geweest en de reistijden naar en van Sami zijn korter.
Kortom, vandaag varen we naar Sami.
Ook niet om de hoek, dus de wekker weer om 5:30 en om vijf voor zeven varen we weg.
We hoeven in elk geval het anker niet naar binnen te halen (zie gisteren).
Ook vandaag heeft de morgenstond weer goud in de mond. In de verte zien we een zeilboot waarvan de zeilen een goud-oranje gloed afgeven. Prachtig!
Het eerste stukje gaat weer over open zee en de boot schommelt behoorlijk. Na een poosje komen we onder de zuidkust van Kefalonia en wordt het rustiger. Langzaam koersen we richting de zeestraat tussen Kefalonia en Ithaka. Aan de zuidkust treffen we diverse stranden met kleine stadjes. Voor deze stranden liggen steeds heel wat zeilboten voor anker.
Het is augustus; de drukste maand van het jaar.
Af en toe moeten we onze koers wat aanpassen om om een geankerde boot heen te varen. Het water is hier niet heel diep.
Na een poos draaien we naar noord, de zeestraat in. Het water is hier spiegelglad en de wind is terug naar nul. We zien hier en daar een zeilboot, maar druk is het niet.
Een aantal mijlen verder komen we lang Poros, ook een gewilde haven. De een zegt; leuke haven, goed te doen en de ander zegt; ligt ramvol, gekkenhuis, niet te doen. Poros was sowieso nu voor ons geen goede tussenstop; te ver van Vasiliki. Ons valt wel op dat er veel vrije plekken te zien zijn. Aanleggen zou goed te doen moeten zijn. Weten we ook weer voor een volgende keer.
Er is weinig verkeer, het water is rustig, dus kunnen we een lekkere cappuccino maken.
Inmiddels naderen we de baai waarin Sami ligt. De vorige heb ik de havenmeester van Sami gebeld over een reservering. Hoe lang is de boot, vroeg hij. 45 Voet, zei ik. We are FULL baste hij.
Kijk, daar geloof ik inmiddels dus niks meer van. Dat schijnen havenmeesters hier wel vaker te roepen. Dus trokken we de stoute schoenen aan en gingen we toch.
Vlak voor de haven is het de bedoeling om de haven op te roepen op kanaal 10 van de marifoon, dan kunnen ze je naar binnen loodsen.
Dat doen we dus niet. Dan kunnen ze immers weer FULL roepen.
Zonder enige aankondiging varen we de haven binnen. Het is inmiddels 11:10 uur en er zijn nog behoorlijk wat vrije plekken. We kiezen een mooie uit, laten het anker vallen en leggen aan met hulp van de mensen van de buurboten.
Zo, we liggen. Benieuwd of we nog wat horen van dat FULL.
Nou, lang verhaal kort, nooit iets over gehoord. Zelfs niet toen het aanlegmeisje van Sami ons herkende van ons vorige bezoek.
Weer iets geleerd!
We weten de weg in Sami; vanavond lekker uit eten bij Adonis.

2 - 3 Augustus.

De volgende morgen horen we al vroeg TEST-ON-TWO-THREE uit reusachtige speakers klinken. Er is ook een groot podium opgetrokken en er wordt gewerkt aan een lichtinstalatie.
Dit alles staat recht tegenover ons bootje.
OK!
De latere testmuziekjes maken onze conversatie haast onmogelijk.
Dat gaat nog wat worden. We herinneren ons dat in Spanje vaak disco’s in jachthavens gevestigd waren. Teringherrie tot zeven uur ‘s morgens. Wij konden toen de volgende dag weer weg, maar er waren ook zeilers die in die haven een vaste ligplaats gekocht hadden. Arme drommels.
Nou, wij moesten nu ook maar eens op zoek naar onze oordopjes. We horen een stukje Ramstein.
Alsjeblieft, geen Ramstein!
Verder doen we maar gewoon ons ding en halen en biertje op het terrasje onder de bomen met het mooie uitzicht. De speakers horen we niet meer.
We besluiten op de boot te eten en te zien wat er gebeurt.
De muziek begint. Een melodisch Grieks lied. Er gaat een gejuich op. Ook bij ons. In elk geval geen Ramstein en ook lang niet zo hard als bij de soundcheck.
Het valt allemaal reuze mee en de lichtshow is mooi.
Tegen half twaalf is het allemaal klaar. Boffen wij even!
Wanneer we de volgende ochtend aan ons ontbijt zitten is het podium alweer bijna afgebroken.
We maken er en leuke dag van; morgen varen we naar Vasiliki.
Tenminste… Als we weg kunnen. Het is vandaag flottielje dag en de haven loopt propvol. Op zich niet zo erg, maar de boten leggen haaks rechts van ons hun boten aan de restaurantkade. Het zou zo maar kunnen dat één of meer boten hun ankerketting haaks over die van ons leggen.
En flottieljes blijven meestal tot 11 uur ‘s morgens liggen en wij willen heel vroeg weg…
Wordt weer spannend morgen.

4 Augustus.

Voor dag en dauw gaat de wekker weer. Voor het goede doel, want we willen een plekje aan de kade van Vasiliki. Toen we daar vorig jaar rond 11 uur aankwamen, was er nog net 1 plekje beschikbaar.
We doen onze vertrek voorbereidingen met ook een beetje het gevoel van; zullen we ook echt vertrekken? We hebben de afgelopen dagen al zoveel mensen de ankerketting van iemand anders zien opvissen…
Om tien voor zeven is het zo ver. We gooien los en Chris haalt de ankerketting binnen. De ketting loopt binnen en binnen en binnen. Nou we hebben wel weer genoeg ketting gelegd. De flottielje boten, haaks tegenover ons, komen steeds dichterbij. Hun ankerkettingen komen dus ook steeds dichterbij.
De ankerlier stokt even, de boot trekt een beetje en dan zien we een blubberwolkje op de bodem. Het anker komt omhoog en is vrij!
Vasiliki, we komen er aan.
We varen in noord-oostelijke richting de baai uit. De zonsopgang is weer uitzonderlijk fraai!
Deze route brengt ons dicht langs Efimia, de kade die altijd vol zou liggen. Dat lijkt, van een afstandje, wel mee te vallen. Kennelijk moet je niet op info van anderen afgaan. Dat hebben we net in Sami ook ontdekt.
Eenmaal in de straat van Ithaka varen we lekker gemakkelijk op de autopilot. Kopje thee erbij, een gezonde muesli bar en genieten van het uitzicht.
De grillige kustlijn van het heuvelachtige Kefalonia levert tientallen baaien en baaitjes op. In veel daarvan liggen een of meer zeilboten voor anker. Heerlijk rustig in een prachtige setting.
Na baai nummer 20 zien we Fiskardo liggen. Ooit een liefelijk vissersdorpje en nu zo’n beetje de drukste toeristenplaats van het hele ionische vaargebied. Zo druk als het op de kade kan zijn, zo druk is meestal ook met boten. Een reden voor ons om de baai van Fiskardo niet in te varen.
Onze autopilot brengt ons, vanaf de baai van Sami, in een bijna rechte lijn, naar de baai van Vasiliki.
We steken nu over van de straat van Ithaka naar de baai van Vasiliki. Hier varen wat zeilboten, catamarans en een groot vrachtschip. Autopilot uit en even goed inschatten of je voor of achter kruist, of juist elkaar tegen komt. Twee keer moet iemand ingrijpen; een keer iemand anders omdat wij voorrang hebben, een andere keer wij omdat vrachtschepen altijd voorrang hebben.
Eenmaal in de baai van Vasiliki kunnen we in de verte al een glimp van de masten in de haven zijn. Het lijken er niet veel te zijn, maar dat kan ook komen doordat er veel motorboten liggen.
Wanneer we de haven indraaien zien we tot onze verrassing dat er plek zat is. We kunnen een mooi plekje uitkiezen.
Ik stuur de neus van onze boot zo’n beetje tegen de tegenoverliggende kade aan, voordat ik achteruit naar de beoogde ligplaats vaar. Zo kunnen we zo veel mogelijk ketting leggen; ik schat zo’n 60 meter.
Dat is nodig ook, want voor zaterdag worden er onweersstormen verwacht en later nog stormen zonder onweer. Dat komt bij dat het in Vasiliki, door de vorm van de baai, vaak twee keer zo hard waait als de verwachting aangeeft. Vasiliki beach staat niet voor niets in de top vijf van windsurf bestemmingen.
Maar, met zestig meter ketting liggen we als een huis.
We krijgen een appje van Gert van de Saphir. Ze hebben op MarineTraffic gezien dat we in Vasiliki liggen. Zelf liggen ze in de buurt in Vathy Meganisi. Zullen we in Vasiliki wat afspreken?
Leuk, tot straks! En leg veel ketting als je aankomt.
Dat doen ze en even later zitten we bij te praten bij een koffie. Dat wordt later een biertje, een wijntje en ‘s avonds een diner bij restaurant Oceans sea food (aanrader!)

5 - 8 Augustus.

Op 5 augustus hoor ik, wanneer ik in de badkamer sta, een alarm geluid uit mijn telefoon dat ik nog nooit eerder gehoord heb.
Het blijkt een heuse NL-Alert. Niet voor iets in Nederland, maar iets voor hier. Het is in het Grieks en het Engels en het is een glashelder bericht:
Warning message about severe weather in your area (severe storms) for the next hours until late at night 05/08/2023. Avoid unnecessary movements during the phenomena. Follow instructions by the Authorities.
Had ik al verteld over die zestig meter ketting?
De wind begint wat aan te trekken, er verschijnen wolkjes aan de hemel, maar verder doen we maar alsof het een gewone zaterdag is. Halverwege de middag nodigen we Gert en Coralien uit op onze boot. We liggen naast elkaar en met een drankje op het achterdek kunnen we onze boten goed in de gaten houden.
Onze bimini is waterdicht, maar dat kunnen we van onze buiskap niet zeggen.
De lucht wordt aardedonker en in de verte zien we het bliksemen. De tijd tussen flits en donder is nog vrij lang. Dan begint het te regenen en de wind trekt aan. Op ons achterdek is het nog steeds goed toeven. De wind trekt verder aan en maakt dat de regen onder de bimini waait. Coralien zoekt een plekje onder de buiskap en ontdekt dat die niet waterdicht is.
Plots is er een flits en een harde boem. Vlakbij slaat de bliksem in en er stijgt een rookwolk op. Er volgen meer flitsen en boemen, maar niet meer zo dicht bij. De wind trekt meer aan, maar niet zo erg als gedacht. De haven beschermd goed tegen de golven, die buiten de haven grote witte koppen krijgen. Met onze zestig meter ketting blijven we liggen als een huis en onze landvasten zijn altijd al extra dik.
Dan komt het moment dat het buiten te nat wordt. We duiken de kajuit in. Daar is het wel warm en broeierig, maar we hebben walstroom en airconditioning.
Gezellig rond de tafel met een drankje, wachten we de ontwikkelingen af.
Het onweer trekt langzaam over en ook de wind neemt af.
Het had erger gekund.
Het lijkt er op dat we langs de kade wel een broodje Giros Pita kunnen halen.
Op de kade met de restaurantjes herneemt het vakantieleven zijn gang. Het weer valt eigenlijk wel weer mee en dus besluiten we de giros te nuttigen aan een tafeltje van de giros-tent.
Kilootje wijn erbij (Grieken doen wijn per kilo), elk een broodje giros (zonder patat erin) en genieten maar. Veel minder culinair dan gisteren, maar minstens even leuk.
Op een terras langs het water doen we nog een cocktail en zo kan deze NL-Alert worden afgevinkt.
De volgende dag vertrekt de Saphir weer, dit keer richting Palairos. Daar kan je India’s eten en daar zou de komende avond nauwelijks storm zijn, terwijl we hier in Vasiliki weer wind gaan vangen.
Had ik al verteld van die zestig meter ketting?
Ach, die wind kwam wel, maar was ook weer goed te doen.
Tot en met dinsdag 8 augustus doen we rustig aan en genieten we van Vasiliki.

9 Augustus.

Zoals ik al vertelde is Fiskardo op Kefalonia ons veel te druk, maar om er een dagje doorheen te wandelen, er te lunchen en ons te vergapen aan de vaak apart uitgedoste toeristen, dat vinden we wel leuk.
Dus besluiten we om, net als vorig jaar, een dagje op en neer te gaan met de veerboot Vasiliki-Fiskardo.
Met een lichte spanning, dat wel. Vorig jaar trok iemand, toen wij op de veerboot zaten, met zijn anker ons anker uit de grond. Onze boot kwam toen, met de punt los, langszij aan de kade te liggen. Dankzij onze fenders en een stel lieve mensen, die onze boot vast maakten met ons noodanker, is er toen verder niets gebeurd.
Maar ja, dat wil je natuurlijk niet nog een keer meemaken.
Ach, dat gebeurt ook heus geen twee keer en een anker aan 60 meter ketting heb je ook niet zomaar los…
Dus schepen we ons even na tienen in op de veerboot. Op het open water tussen Lefkas en Kefalonia staan hoge golven. Die zijn het gevolg van de stormen van het afgelopen weekend. De zeilboten die zich op dit water wagen, stampen op en neer en scheppen steeds met de neus een grote hap zeewater op.
Blij dat we op zo’n grote, zware, stabiele veerboot zitten.
Na een oversteek van een uurtje, leggen we aan in Fiskardo. Het is er druk met boten, maar minder dan vorig jaar. Af en toe komt er een plekje vrij (het is nog ochtend), maar na enkele minuten ligt er alweer een boot op de vrije plek.
We zoeken een terrasje voor een freddo cappuccino en we bestuderen de toeristen die langs komen lopen. Kennelijk is het hier mode dat de dames in uitsluitend hun bikini over de kade lopen en op terrasjes zitten. Dankzij de huidige bikini mode zijn ook steeds bijna volledig blote billen te zien.
Het barst in Fiskardo van de snuisterijen winkels en we gaan op zoek naar een winkeltje dat ook iets leuks verkoopt.
Tja, je moet het zo zien, allemaal leuke winkeltjes, maar we hebben niets gekocht.
Dan maar naar een terras waar we eerst een biertje kunnen drinken en daarna kunnen lunchen.
Voor drink- en lunch vertier is Fiskardo een uitstekende plek.
De tijd vliegt en na de lunch gaan we weer aan de wandel.
Na de wandel doen we weer een terrasje en, vanaf het terras, zien we de laatste veerboot Fiskardo-Vasiliki binnen varen.
Daar stappen we op en tegen de avond zijn we weer bij Vasiliki.
Op de route die de veerboot neemt naar zijn kade, zijn een aantal zeilboten en catamarans op anker gegaan. Daar weet de kapitein wel raad mee. Hij toetert en toetert vaak en hard, koerst op de boten af en neemt geen gas terug.
Een voor een zien we de boten, met het anker nog uit, vol gas uit de koers van de veerboot varen. Ik denk dat een aantal kapiteins nog dagen met een hartverzakking gezeten hebben.
Dan komt toch een spannend moment; ligt onze boot nog op z’n plek?
Jawel, niks aan de hand. We nemen plaats op ons achterdek, nemen een wijntje en genieten nog even na van Fiskardo.

10 - 11 Augustus.

Tja, wat doe je zoal als je nog twee dagen in Vasiliki blijft?
Beetje uitslapen, blog bijwerken, winkeltjes kijken, terrasje pakken, beetje kletsen met steeds weer nieuwe buren.
En het maken van een lijst met onderhoud/vernieuwing van de boot voor in de komende winter.
In Sicilië hebben we alle stiknaden van onze buiskap laten vervangen. Dat hebben ze helaas met een soort rijggaren gedaan die inmiddels alweer versleten is (en nee, we gaan niet terug om te klagen…). Sails and rigging is niet iets dat Cleopatra doet, dit moeten we regelen met de firma Waypoint.
Zoals elk jaar willen we preventief motoronderhoud. Ook willen we graag onze ankerlier vanaf de achterkant van de boot kunnen bedienen en dan willen we ook maar meteen een teller die meet hoeveel meter ketting we precies uitleggen.
De voltmeter van de Jeanneau geeft te weinig volten aan. Op zich niet erg, maar hij schiet in de alarmfase als er nog meer dan genoeg stroom in de accu’s zit.
Een plafonddeel boven de keuken is losgeschoten en klikt niet meer terug.
Tot slot is de afwateringspomp van mijn douche er mee gestopt. Hij maakt nog wel pompgeluiden, maar hij krijgt het douchewater niet meer weg.
Voorlopig mag ik douchen in de douche van mevrouw van Beers.
De lijsten ge-emaild, afspraken met de technische mensen gemaakt; op een boot is altijd wat te doen.
En dan weer een terrasje natuurlijk.
Op zaterdag ochtend willen we weer vroeg uitvaren naar klein Vathy op Meganisi. De stadskade aldaar is buitengewoon populair. Terecht. Het uitzicht is prachtig en klein Vathy is één van de leukste bestemmingen in dit gebied.
Gelukkig hebben we van onze buurboten niet het gevoel dat hun ankerketting over de onze ligt.
Totdat…
De toeristenboot Seven Islands arriveert. We hebben hem hier nog niet eerder gezien, maar hij heeft kennelijk wel een eigen, vaste, aanlegplek.
En daar ligt een klein zeilbootje.
Langdurig getoeter en gevloek brengt geen verandering en dus kwakt de kapitein de grote toeristenboot half scheef tegen de kade aan. Zijn ankerketting gaat zeker over aan aantal zeilbootkettingen heen. Moeilijk te zien of zijn ketting net wel of net niet over de onze is gekwakt.
Bij navraag geeft de kapitein aan dat hij morgen om 10 uur weer vertrekt. Daar kunnen de meeste zeiler goed mee leven.
Maar wij weer niet, met onze vroeg weg plannen.
De kans is aanzienlijk dat we ons anker er morgen niet uit krijgen, maar we besluiten om het wel gewoon te proberen.
“We zien wel”, is een houding die veel mensen hier ontwikkeld hebben en wij moeten dat ook maar leren.

12 Augustus.

Het is een tocht van iets meer dan twee uur, dus heel vroeg weg is niet nodig. Het streven is een uurtje of acht.
Het “we zien wel” gevoel werkt goed. We hebben goed geslapen en zijn bij de vertrek procedure ook niet gespannen.
Wanneer de ketting van het anker bij onze boot naar binnen begint te lopen, ontstaat toch wel iets van “wat gaat er gebeuren”. Onze boot komt bij de plek waar ik het anker van de toeristenboot heb zien vallen.
En gaat er aan voorbij.
Oef!
Wel komen we steeds dichter bij de overkant van de haven. Daar liggen betonblokken en boeien voor het aanleggen van de kleine bootjes die daar altijd aanleggen.
Daar zal toch niet ons anker liggen?
Nee hoor, we hebben hem op de juiste plek gedropt en hij komt nu probleemloos omhoog!
We doen een high five en zetten koers naar Meganisi.
We zijn aan de vroege kant dus we beperken het toerental van de motor op 1600 toeren. Lekker rustig. Het klapperen van zeilen zullen we niet horen. Het is windkracht nul uit alle richtingen.
Lefkas is een prachtig eiland met veel groene heuvels. Samen met de andere eilanden om ons heen is het weer een prachtig uitzicht.
Een ander voordeel van vroeg-weg is dat het ook op het water heerlijk rustig is. Dat wil in augustus wel eens anders zijn. Ik ben wel eens de straat van Meganisi ingedraaid met zoveel tegenliggers, dat ik niet wist waar ik veilig heen moest sturen (vooral als er vier of vijf toeristenboten op je af komen stormen en je niet weet wat hun koers zal zijn).
Vandaag niets van dat alles en na een mooie tocht draaien we de baai van klein Vathy in.
Chris kijkt met de verrekijker of ze al wat kan zien van de stadskade op het eind van de baai. Mocht die vol liggen, hebben we nog een uitwijk naar een kade halverwege aan de zijkant van de baai.
Chris telt op afstand maar weinig masten, maar er kunnen natuurlijk ook motorbootjes liggen.
Het is augustus en dan zijn er heel veel Italianen met relatief kleine, doch heel snelle, motorbootjes, waarin ze toch ook overnachten.
Eenmaal dichtbij zien we tal van vrije plekken.
Hoe is het mogelijk; klein Vathy, augustus en veel vrije plekken.
Wanneer we aan willen leggen naast een zeilboot, besluiten ze op die zeilboot om te gaan vertrekken. Ik verander niks meer aan mijn koers, want ik wil goed achter ons anker liggen.
De vertrekkers wijken uit, wat voor hen wel lastig is, want zij willen, bij het ophalen, hun ankerketting volgen.
So far, so good, maar…
Er staat niemand voor ons op de kade te wachten. Dit wordt de eerste keer dat we alles met z’n tweeën moeten doen met het anker uit. Chris geeft extra ketting en loopt naar achteren. Ik vaar de grote achter fender bijna tegen de kade, gooi de landvasten op de kade en spring van boord.
Één voor één rijgen we de twee landvasten door de lussen op de kade. Er is niemand aan boord om de boot te besturen en we drijven langzaam weg van de beoogde ligplaats. Het plan was om zolang tegen de buurboot te liggen, maar die is dus weggevaren.
We willen wel recht achter ons anker liggen, dus halen we de tegenover liggende landvast aan totdat we weer op de beoogde plek liggen. Nu de andere landvast aanpassen, beide landvasten iets vieren om niet te dicht bij de kade te liggen en dan de ankerketting aantrekken.
We liggen perfect, al zeg ik het zelf. Goed gedaan voor onze eerste keer.
Het is 10:30, geen tijd voor ankerbier, het wordt een kopje cappuccino.
Verder beetje luieren en ‘s avonds lekker eten op onze boot.

13 - 20 Augustus.

We slapen lekker uit en lezen nog wat met een kopje thee op het nachtkastje (nou, zeg maar kast). Het is immers zondag.
Een uitgebreid ontbijt op het achterdek en genieten van alle bedrijvigheid rond onze kade.
Straks ergens een freddo cappuccino halen. Bij Jimmy’s of Petrino? We weten hier de weg inmiddels.
Om 16:00 uur gaat de telefoon. Het is Gert. Hij heeft enkele dagen geleden twee kennissen opgehaald in Corfu en is nu op weg naar ons vaargebied. Op MarineTraffic zag hij dat we in klein Vathy liggen en hij wil weten of er nog plek is. Tegenover onze boot, aan de visserspier, is nog plek omdat mensen daar niet gauw gaan liggen. Ook ze zij-kade heeft nog plekken.
Gert ligt bij de brug van Lefkas stad en hij komt eraan.
Wij overzien de baai vanaf het “blauwe café”, de favoriete plek voor de locals, met daarom dus ook lage prijzen
Ondertussen legt iemand zijn rubberboot langszij aan bij de visserspier, dus die is bezet. Ook de zij-kade ontvangt steeds meer zeilboten. Dat wordt nog spannend voor Gert. Ik probeer hem te bellen, maar hij neemt niet op.
Om zes uur, we zijn nu op onze boot, zien we Gert de baai binnen varen. We zijn benieuwd.
Resoluut zien we Gert even later achteruit steken richting de zij-kade. Kennelijk is er nog een plekje.
Wij hadden bedacht dat we vanavond uit eten mochten, dus ik reserveer een tafeltje voor twee bij de Rose Garden.
Om kwart voor zeven appt Gert “Nog gezamenlijk drankje/hapje? Ons plan is Rose Garden vanavond”.
Ik app hem dat ik onze reservering voor 2 zal uitbreiden naar 6. En natuurlijk doen we het drankje bij het blauwe café.
We leren de vrienden van Gert kennen. Een stel uit Groningen. Dat komt goed uit; mijn grootvader kwam uit Bierum, bij Appingendam.
Na het blauwe café trekken we naar de Rose Garden alwaar we allemaal kiezen voor de lamb souvlaki. In Paul-style. Paul is een gemeenschappelijke vriend die hier in klein Vathy woont gedurende een groot deel van het jaar. Hij is een lokale bekendheid en ook zijn (Nederlandse) voorkeuren voor het eten. In Griekenland wordt alles goed doorbakken, maar Paul wil het rosé gebakken hebben; Paul-style.
En zo krijgen we rosé gebakken lamb souvlaki. Heerlijk.
Dan nog een ouzo bij het blauwe cafe en dan laat naar bed.
De volgende morgen doen we met z’n zessen nog een koffie bij Petrino en dan moet het gezelschap weer weg met de boot. Ze hebben immers maar een paar dagen op zee.
In de daarop volgende dagen zijn we vooral druk met de step. We steppen naar het stadje Katomeri, naar het strand Fanari (waar we weer wegvluchten voor de discodreun van een nieuwe tent) en we steppen naar Taverna Tiagas in de baai bij Atherinos Port.
Tiagas is echt heerlijk lunchen in een paradijselijke omgeving. Wat een voorrecht om dit allemaal te mogen doen.
Dan willen we eigenlijk ook nog eten bij nieuw restaurant Kare Grill, de lokale giros tent en bij Parardis aan de straat van Meganisi.
We besluiten om in elk geval restaurant Kare eens uit te proberen.
Voor het echter zover is, heeft de zeilreis toch weer een verrassing voor ons in petto. Wanneer we terugkeren van een bezoek aan Jimmy’s terras, ontdek ik dat onze loopplank bij het neerlaten niet meer op de kade terecht komt. Hoe kan dat nou? Een aardig meisje van onze Italiaanse buurboot komt het uitleggen. De touwlus, waaraan onze stuurboord landvast was vastgemaakt, is gebroken. Daarna lag onze landvast in het water en zij hebben hem toen weer provisorisch vastgemaakt.
Een goede buur is beter dan een verre vriend.
Het zit namelijk zo, in klein Vathy. In de kade zit een pin met een klein oogje. Door dat oogje hoort een stalen ring waar meerdere landvasten doorheen kunnen. Die stalen ringen kwamen kennelijk uit de uitverkoop, want ze zijn allemaal verdwenen. Het kleine oogje dat overbleef, is te klein om een landvast doorheen te doen. Dit probleem bestaat al jaren en zal ook wel jaren blijven bestaan. Daarom pakt de ervaren zeiler een dunnere lijn, trekt die door het kleine oogje, knoopt hem dicht en maakt zo een lus. Vervolgens kunnen er meerdere dikke landvasten door de lus gehaald worden, alsof de vroegere stalen ring er nog was.
Maar een dunne lijn is niet zo sterk als een stalen ring. Dus wordt de lus zo af en toe tijdens golfslag kapot getrokken en vallen er één of twee landvasten in het water.
Ik zie dat iemand een stalen hulpstuk aan de kleine ring bevestigd heeft, waardoorheen twee landvasten passen.
Op een moment waarop onze loopplank even op precies op de kade rust, klauter ik aan boord.
Motor aan en in z’n achteruit zetten. Naar voren lopen, ontlastingshaak van de ankerketting halen en extra ketting geven. De stuurboordlandvast kan nu los van de improvisatie-lus en overgehaald naar de stalen lus (door Chris die nog op de kade staat). Landvast op de juiste lengte vastleggen, motor vooruit, anker optrekken, ontlastingshaak erop, motor uit.
En klaar.
Ons etentje bij het wat sjiekere Kare Grill hebben we wel weer verdiend.
Zaterdag doen we lekker niks en eten we thuis.
Zondag als afscheid lekker naar het giros restaurant.
Maandag willen we naar Nidri. We hebben gereserveerd bij Conny, een van oorsprong Duitse meneer die ons nog kent van vorig jaar.

21 Augustus.

Vandaag eens een reisdag zonder vroeg op! Conny (officieel Ponton Skorpios Charter) houdt een plekje vrij voor ons. In dit vaargebied wordt ontzettend veel gecharterd. Flottielje (een vloot met begeleidingsboot) of bareboat (een huurboot die je zonder begeleiding vaart). Voor deze boten is het altijd wisselen van huurder in het weekend. In het weekend zijn dus alle huurboten op hun thuisbasis en van maandag tot vrijdag zijn ze daar weg.
Ponton Skorpios Charter staat dus van maandag tot vrijdag leeg en daarom kan je daar op die dagen je boot neerleggen voor en prijs tussen de 10 en 30 euro per dag. De vrijdag moet je dan weer weg naar een ander soort vrij plekje, bijvoorbeeld een stadskade of ankeren. Stadskades willen daarom van vrijdag tot maandag nog wel eens vol zijn met niet-huurders zoals wij.
Kortom, vanaf vandaag tot vrijdag liggen we goed bij Conny en daarna zien we wel weer.
We genieten van ons ontbijt en nemen in gedachten afscheid van het gezellige klein Vathy.
Bijna iedereen die aan de kade ligt vertrekt, zo ook wij als één van de laatste van de vertrekkers rond 11:15 uur. In de verte zien we de nieuwe liggers al weer aankomen.
Het anker ophalen vinden we inmiddels al een stuk minder spannend. We kunnen aardig inschatten of iemand zijn ketting over de onze heeft gelegd en we hebben ook al een keer geoefend met de “spaghetti hook” waarmee je een gekruiste ketting van je anker af kan halen.
Het anker heeft een flinke poos strak in de modder gelegen, dus vanzelf zal hij wel niet omhoog komen. Dan moet je even over je anker heen varen om hem op te wippen.
Het vertrek verloopt, met al onze nieuw verworven kennis, zonder problemen.
De afstand is vandaag niet zo groot, dus kiezen we ervoor de motor op 1500 toeren te zetten; extra zacht. De wind wil, zoals wel vaker, even niet waaien.
Nidri is een leuk toeristisch plaatsje. Dat vinden niet alleen wij, dat vinden heel veel mensen. Het is er dan ook altijd druk met mensen, met zeilboten, met rondvaartboten en kleine huur-motorbootjes.
De baai binnenvaren is dan ook altijd slalommen om de vele boten die er varen en voor anker liggen. Door al dat heen en weer sturen raak ik een beetje de orientatie kwijt. Dat moet niet, want er liggen vele pontons in het water en welke is dan die van Conny? Mijn eerste gok is niet goed; we naderen het ponton van IBA. Nou ja, dan moet die van Conny precies eentje terug liggen.
We roepen Conny op en, als één van de weinigen, antwoord hij direct. Hij geeft de beoogde plaats aan. Wij varen vanaf IBA al achteruit richting Conny. Er ligt echter een flinke boot geankerd op de route die we willen. Daar mag ik dus met twee haakse bochten omheen, maar daar ben ik inmiddels ook wel aan gewend.
Conny helpt met aanleggen, laat zien waar we elektra en water kunnen halen en verteld de prijs per nacht.
We hebben een aantal scenarios bedacht voor het verblijf van komend weekend. Plan A is dat we aan Conny vragen of we niet toch ook het weekend kunnen blijven.
We vragen het Conny en hij zegt niet direct nee. Het hangt van de bezetting met Skorpios boten af voor het weekend. Daar is pas woensdag of donderdag zicht op en hij zal het ons donderdag laten weten.
Afwachten maar.
Vandaag ruilen we, in een vlaag van gezondheidswaanzin, het ankerbier in voor jus d’orange.
Tja, het pak hadden we van iemand gekregen die weer naar huis vloog en inmiddels was het pak bijna verlopen.
Terwijl we de boot weer inrichten op “wonen: i.p.v. “varen”, nemen we af en toe en slokje jus.
Plots hoor ik van Chris een ijselijke kreet. Mhmmm hmmh, zegt ze. Ze is door een wesp in haar tong gestoken. De west zat in haar jus d’orange en ze had hem niet gezien toen ze een slokje nam.
Dat komt er van als je geen bier drinkt!
Ik kijk naar haar tong. Er komt bloed uit, maar er steekt geen angel uit, zoals je met een bij wel hebt.
Het doet echt veel pijn, maar Chris houdt zich sterk. De tong voelt stijver aan het dat gevoel trekt naar haar wang. Het lijkt er gelukkig niet op dat ze een sterke allergische reactie krijgt, maar de anti-histamine uit onze reisapotheek neemt ze wel.
De tong wordt dikker en Chris praat moeilijker; als iemand die te veel bier gedronken heeft.
De tong wordt niet stijver, het gevoel trekt niet dieper en het bloeden is gestopt. Pijn doet het nog steeds, maar iets anders doen dan afwachten kunnen we niet.
We gaan maar even op het dek zitten om bij te komen.
Lang kan de tong niet buiten bedrijf blijven, want we hebben eind van de middag een borrel/eet afspraak. Peter en Annelies liggen met de Skadi 10 minuten verderop bij hotel Iris (met zwembad). Morgen vertrekken ze naar Preveza, dus we hebben precies vandaag om elkaar weer even te zien. Hun boot staat te koop, dus misschien is het wel de laatste keer dat we op de Skadi te gast zijn.
De temperatuur is vanmiddag opgelopen naar 39 graden en dan is tien minuten lopen best ver.
Gelukkig hebben Peter en Annelies de airco aanstaan en ook het bier is koud. Even later zitten we aan de gereserveerde tafel van het restaurant van Iris, naast het zwembad.
Het eten is lekker, het uitzicht is mooi en het gezelschap is goed. De tijd vliegt als vanouds weer voorbij.
Wanneer we de 10 minuten terug lopen, is de temperatuur gelukkig flink gezakt.
Rond onze ponton is het een gezellig geroezemoes van mensen aan restaurant tafeltjes langs het water. Dat is een deel van de charme van Nidri.
We nemen een drankje toe op het achterdek van de boot met uitzicht op de restaurants.
Het einde van een mooie dag. De wesp van Chris zijn we al bijna vergeten.

22 - 27 Augustus.

In ons bed kunnen we ‘s morgens een flinke brandlucht ruiken. Eenmaal buiten ziet de lucht er oker/oranje uit. Er moet, ergens in de buurt een hele flinke bosbrand zijn. Gelukkig hoeven wij niet bang te zijn; je kan, met je bootje, altijd wegvaren als het vuur te dicht bij komt.
Het ziet er wel spookachtig uit, maar het zal ook wel weer over gaan.
Het weer kan deze week overigens wel instabiel zijn, met kans op stevige onweersbuien.
Nidri is behoorlijk toeristisch, maar wel op een manier die wij aangenaam vinden. Wel veel terrasjes en restaurants, maar nergens luide muziek of toeristen met onaangenaam gedrag.
We vinden het leuk om tegen 17:00 uur ergens wat te gaan drinken, met uitzicht op wat er voor het terras zoal gebeurd. Dat is kennelijk een typisch West-Europese behoefte, want in mediterrane streken is het rond 17:00 uur vaak doodstil.
Nou, niet in Nidri; daar zit je om 17:00 uur niet in je eentje op het terras en vanaf het terras is er genoeg te zien. Dat komt natuurlijk omdat er in Nidri zoveel West-Europese toeristen zijn.
Die toeristen gaan graag eiland-hoppen met hele grote feestboten en rond 17:00 uur komen die dan allemaal weer terug. Vanachter ons drankje leveren wij dan onderling kritisch commentaar op hoe ze eruitzien. O, kijk, een doorkijkbroek! O, kijk, gele crocks, net eendepoten…
Heel vermakelijk allemaal, dus nemen we dan nog maar een tweede drankje. De meeste terrassen hebben een happy hour vanaf 17:00 uur. De tent die wij het leukst vinden heeft geen aankondiging van een happy hour. Da’s nou jammer, we hadden net zo’n zin in een Negroni cocktail.
O, kijk, hier in de lijst: Negroni is 6,50 euro. Het is hier gewoon altijd happy hour. Doet u ons maar twee Negroni en een klein flesje water.
Onze, inmiddels, favoriete borreltent heet Ikaros. Dat herinnert ons eraan dat we na de tweede Negroni niet te dicht naar de zon moeten vliegen.
Uit eten is ook een bijzondere gebeurtenis in Nidri. Op de boulevard vind je zeker 30 restaurants min of meer naast elkaar. Dat klinkt als iets om van te schrikken, maar het is in de praktijk een heel gezellige bedoening. Dat vindt de lokale bevolking ook, want die lopen massaal met het hele gezin de boulevard op en neer.
Wij willen wel eten bij Yefsi. Bij dat restaurant komen we al sinds 2007, toen we nog geen boot hadden. Sindsdien moeten we, als we weer eens in Nidri zijn, minstens een keer bij Yefsi eten. Zijn Taramosalata is de beste van het vaargebied en de wijn is van Verzamo, van Lefkas en ook de beste van het hele vaargebied.
Toen we bij Yefsi aan tafel zaten, hoorden we ineens gamelan muziek. Dat klopt niet, dit is Griekenland, niet Indonesie! Toch is het zo. Op de kade voor de grote toerboten staat een prachtig uitgedost Indonesisch dansgezelschap. We krijgen een gratis show!
Iets meer naar het zuiden van Nidri staan restaurants die hun tafeltjes direct aan het water hebben staan. De bomen hebben ze volgehangen met lichtjes. Het ziet er heel romantisch uit. Vanaf het achterdek van onze boot hebben ‘s avonds uitzicht op deze restaurants. Heel gezellig. Daar moeten we ook nog een keer eten!
Die kans krijgen we, want op woensdagmiddag komt Conny ons vertellen dat we het komend weekend kunnen blijven liggen aan het ponton. We hoeven zelfs onze boot niet te verplaatsen. Yippie!
We vieren dit door de grill op ons achterdek te installeren om daarop onze eigen souvlaki's te grillen.
Zaterdagochtend blijkt er toch een nadeel te zitten aan ons weekendverblijf. We liggen nog in bed als we plots twee harde, schurende bonken horen. Een klein bootje is naast ons komen liggen, maar niet zonder eerst twee keer hard op onze boot te botsen. Een van de beheerders van het ponton had ons gisteren al gewaarschuwd voor dit kleine bootje; de huurder kan er niks van, maar hij doet gewoon alsof dat wel zo is.
Hij zou vrijdag rond 16.00 uur aankomen, einde huurperiode, en dus waren we paraat op onze boot. Echter, hij kwam niet.
Hij kwam dus zaterdag, toen we nog op bed lagen.
Na de bonk-schuur-bonk-schuur snelden we naar buiten. You have hit our boat, roepen we. Nee hoor, zeggen ze, alleen even de fenders. Ik vind zo gauw geen schade, maar die moet er wel zijn. Ik meld het incident bij een pontonbeheerder en doe eerst maar de ochtendroutine.
Al vrij vlot is het kleine bootje leeg en verlaten. Ik klauter er op om vanaf dat standpunt naar de zijkant van onze boot te kunnen kijken. Al snel zie ik twee flinke krassen. Lullig van de huurders; dat je iets raakt is tot daar aan toe, maar dat je dan doet alsof er verder niks gebeurd is…
Ik laat de pontonman de schade zien. Hij neemt, als verhuurder van de boot, het probleem op zich; ze gaan het repareren als ze het juiste kleurnummer op voorraad hebben.
Even later gaan ze aan de slag vanuit een rubberbootje.
Het mooie van Polyester is dat het heel goed, onzichtbaar, gerepareerd kan worden. Bovendien is de baas van het ponton een vakman op polyester gebied. Na een poosje noeste arbeid (veel schuren, plamuren, schuren, polijsten) is er niets meer van de schade te zien.
Even later komt de pontonbeheerder informeren naar de reparatie. Alles perfect, melden we. Hij verteld ons dat ze volgend jaar een bescheiden reparatie werkplaats willen openen. Je kan dan naar het ponton komen, de reparatie laten doen en weer vertrekken. Goed idee, vinden wij. Ze kwamen er op in de corona tijd, toen iedereen op zoek was naar extra inkomsten. Ik vraag hem of ze ook samenwerken met andere partijen die dan bijvoorbeeld zeilreparaties kunnen doen. Ja, dat doen ze al, ze werken samen met Nina en zij doet doet zeilherstel. Doet Nina ook aan het opnieuw stikken van een kapotte buiskap? Ja, dat doet ze. Mooi, want onze buiskap is twee jaar na de renovatie in Italie alweer kapot. Verkeerd naaigaren gebruikt.
Vasilis (zo heet de beheerder) gaat Nina bellen. Ja, dat kan Nina oplossen; ze komt morgen om 9:30 langs om te kijken. Super! Heel wat beter dan Waypoint,waarmee we over dit onderwerp nog steeds geen definitieve afspraak hebben.
De volgende morgen is Nina er stipt om 9:30. Dat is alvast een goed teken. Ze kijkt naar de buiskap en stelt vast dat ze die goed kan renoveren. Het canvas is nog uitstekend, alleen alles opnieuw stikken met het juiste garen. Het gaat alleen wel 4 of 5 uur duren en vandaag is zondag… Uiteindelijk spreken we af dat ze de buiskap meeneemt en hem op onze boot in de kajuit legt wanneer deze in de winterhaven ligt.
Nina erin, Waypoint eruit.
In afwachting van Nina hebben we niet ontbeten, dus gaan we nu maar in een restaurant ontbijten. Na grondig zoeken, komen we toch weer in Ikaros terecht, waar het alweer het gezelligst is. We trakteren onszelf op scrambled eggs met bacon en op eggs Benedict. Heerlijk!
‘s Middags doen we weer een drankje bij Ikaros en ‘s avonds gaan we uit eten bij Mamma Mia, het gezellige restaurant dat we vanaf onze boot bekeken wanneer we ‘s avonds nog even op het dek zaten.
De Griekse eigenaar groeide op in de VS, studeerde in Nederland (hij spreekt goed Nederlands), trouwde een Zweedse (hij spreekt goed Zweeds) waarvan de vader in Alfas del Pi woont en hij kent Altea dus goed. Hij wilde ooit restaurant Pepe kopen aan de boulevard van Altea.
Yes, its a small world!
We eten er lekker en krijgen na afloop elk nog twee keer een gratis ouzo. Beetje teveel van het goede, maar wel lief. We komen volgend jaar terug, beloven we.
Daarna duiken we direct het bed in; morgen de een na laatste etappe van onze reis, van Nidri naar Lefkas stad.

28 Augustus.

We willen naar het ponton van Ionian Sails, waar je van maandag tot vrijdag mag liggen (als je maar van hun water en stroom afblijft).
De plek is populair bij “ongeorganiseerde zeilers” zoals wij. Vlak bij de stad en voor ongeveer een tientje per dag. Het is daarom wel ongewis hoe druk het is. We willen daarom aanmeren voordat er door de brug van 10 uur bij Lefkas weer een hele meute naar binnen vaart.
De afstand is niet zo groot, dus kunnen we om 8:15 wegvaren. Eerst een heel krap bochtje om van het ponton weg te komen, maar daarna is het ruime sop van ons. We doen het rustig aan, maar toch zien we al snel de rode en groene boeien, die de start van het Lefkas kanaal aangeven. Op dit tijdstip zijn er nog geen boten die richting de brug varen, dus hebben we alle ruimte.
Op een paar honderd meter voor de brug ligt aan stuurboord het ponton dat we hebben uitgekozen. We zijn hier nu al een paar keer geweest, dus we weten de weg. Aan de kant, van waar je makkelijk aan- en afvaart, is nog plaats genoeg. Het valt ons steeds meer op dat het dit jaar veel rustiger is dan vorig jaar. Engelsen blijven weg vanwege de max-90-dagen-regeling voor niet-EU landen en uit de minder rijke landen blijven mensen weg omdat de inflatie in het vakantiebudget gehakt heeft.
Gelukkig zijn er mede zeilers die ons helpen met aanleggen, dus is het vandaag appeltje-eitje dag.
Eenmaal op orde pakken we de step en rijden naar ons favoriete koffietentje voor een Freddo Cappuccino. Die gaan we straks thuis in Altea ook zelf maken! Het valt ons op dat we inmiddels steeds vaker aan thuis in Altea denken.

29 - 30 Augustus.

Deze dagen in Lefkas stad gaan we alvast een aantal dingen doen voor het winterklaar maken van de boot. Een deel van de koffertjes/tassen inpakken, de accu van de dieselgenerator afkoppelen, de beschermhoes om het genua-zeil omhoog trekken, de bilge schoonmaken en nog zo wat. Andere dingen kunnen we pas in Preveza doen en de laatste dingen pas als de boot op de bok staat.
Een borrel op het terras om 17:00 uur is hier lang zo leuk niet als in Nidri. De terrassen zitten hier pas om 22:00 uur vol.
De dinsdag halen we een aperol/campari spritz op een leeg terras en we eten daarna bij restaurant Nautilus, waar het gelukkig altijd druk is.
Wanneer we in het donker terug op onze ponton komen, zien we dat veel veel boten in het donker stiekem de stroom hebben aangesloten en water aan het tappen zijn. De volgende morgen horen we ze heel vroeg over de loopplank lopen. Ongetwijfeld om de stroomdraad er weer uit te trekken.
De woensdag werken we weer aan de boot, bezoeken de chandler (iets om canvas waterdicht te maken) en schrijven wat in het blog. We eten vroeg op de boot omdat we daarna een Skype afspraak hebben. Hopelijk werkt het internet mee; als hier in Lefkas te veel mensen tegelijkertijd internetten, dan stort de snelheid in.
Vanavond maar niet te laat naar bed; we willen morgen door de brug van negen uur.

31 Augustus.

Vroeg op, wassen en een ontbijtje op het achterdek. Dan zijn we klaar voor de vertrekroutine. We zien op het Lefkas kanaal al boten heel langzaam richting de brug varen.
Iets voor negenen gooien we los. We kunnen, vanaf onze steigerplek, rechtuit richting brug varen. Het kanaal is nu vol met boten voor de brug van negen uur. Ik schuif onze boot tussen twee behoorlijk grote motorjachten in de rij. De brug gaat nooit exact op het hele uur open en wanneer dan wel, is altijd afwachten. Heel langzaam dobberen we achter elkaar aan. Gelukkig waait het nauwelijks om deze tijd, anders zouden we naar de kant van het kanaal waaien.
De luide openingstoeter is kennelijk afgeschaft (of stuk) want ineens zien we de brug open gaan. De boot voor ons heeft geen haast en de boot achter ons wel…
Toch nog op tijd varen we langs de draaibrug. Op het ondiepe stukje na de brug, dringt de boot achter ons aan. Ik wil niet te vroeg richting open zee draaien; het is hier ondiep naast de vaargeul.
Even later worden we met veel geklots voorbij gestoken door het grote motorjacht. Nu kan ik weer niet draaien omdat ik niet door zijn hekgolf wil varen.
Uiteindelijk kan ik dan toch de beoogde koers opzoeken. Al snel wordt duidelijk dat er flinke golven staan; meer dan een meter en dan ook nog dwars op onze boot. We wiebelen als in een kermisattractie. Chris vindt het niks niet leuk!
De boot kan er wel tegen en wij ook, maar dit stuk over open zee gaat wel een geruime tijd duren. We zijn verwend geraak in het Lefkas zeilgebied waar je bijna altijd beschut vaart achter een of ander eiland.
Onderweg een kopje koffie maken, zit er niet in. Wel extra opletten of onze inboedel goed vast zit.
Eindelijk zien we dan de groene boei waar we omheen moeten om het Preveza kanaal op te draaien. Dezelfde golven, maar dan wel van achteren.
Even later, dichter bij de baai, nemen de golven af. Nog een aangenaam stukje varen naar Preveza Marina. We durven het niet aan om in Preveza aan de kade te gaan liggen; stel je voor dat we morgen willen oversteken voor de lift-out en onze ankerketting zit in een ernstige kettingkluwen! Oplosbaar natuurlijk, maar je wil je lift-out slot niet missen.
De Marina ernaast dan maar. O, o, o, wat is die duur; zijn we niet meer gewend, maar voor één dagje…
Onze oproep op de marifoon wordt snel beantwoord en de begeleiding naar onze plek is prima. Dat dan weer wel. Een dikke Franse catamaran schuift nog wel vlak voor ons richting ingang. Ze geven op de marifoon aan dat ze willen tanken. De Marina antwoord dat ze moeten wachten; ze zijn nu met ons bezig. We halen de cat dus in en tijdens het passeren kijken de cat-mensen ons vuil aan. Wij kijken hen vuil aan; lullig hoor, om ons vlak voor de ingang in te halen door extra gas te geven (waar je zo snel niet mag).
Even laten liggen we aangemeerd. Lekker makkelijk hoor, zo aanmeren in een marina.
Maar ook wel extra saai, zo’n marina.
We doen nog wat extra voorbereidingen op de aanstaande winterstand en wandelen daarna richting de stad. Da’s wel verder lopen dan vanaf de kade!
De stad kennen we inmiddels op ons duimpje en we lopen langs de kade waar de boten zijn aangemeerd. Zo, dat is een lang eind met boten! Toen we hier in mei waren, was het grootste deel van de kade in onderhoud. Dat is nu af en er liggen nu heel veel boten. Gezellig en goed voor de economie van de stad.
Ondanks al dat bootvolk is het rond de vijf in de klok nergens druk op het terras. We weten het; er is nu eenmaal geen vijf-in-de-klok-cultuur. Toch vinden we een toko langs de kade waar we niet de enigen zijn en doen een biertje. De hapjes zijn gratis.
We eten aan boord vandaag. Kijken wat TV en gaan naar bed. Morgen drukke dag.