1 Augustus

Vlot opgestaan, trossen los en uitgevaren. Routine zat er nog in. Mooie vergezichten op kust Sicilië en later op de Eolen. Op Eolen lijkt elke baai stampvol, ook op het water heel druk. Het idee om romantisch tussen de eilandjes door te cruisen lijkt ineens geen goed idee. We moesten denken aan Cinque Terre in noord Italië; ook heel mooi en romantisch, maar volkomen overlopen door het tourisme.
Bij het onderweg koffie zetten, geeft het boordsysteem een “battery low”. Het lijkt erop dat onze domestic accu’s niet meer zijn wat ze vroeger waren. Omdat nu de navigatie en de auto pilot uitvallen bij het koffie zetten, vandaag meer eens geen tweede bakkie.
Ons haventje blijkt wel heel pitoreske, met mooie vergezichten op de omringende bergen en het naburige oude stadje.
De prijs per nacht is per 1 augustus omhoog gegaan van 90 naar 150 euro! Dat is dan we inclusief een taxi naar het stadje en weer terug. Lipari blijkt ook superpopulair bij de touristen. Veerboten en draagvleugelboten varen af en aan. Het enige tussen onze boot en de veerboten is een drijvende pier; dat is dus schommelen geblazen als er een veerboot voorbij komt.
Lipari blijkt heel, heel leuk. Zeker toeristisch, maar op een aangename manier; niet te druk en wel veel terrasjes en smalle romantische straatjes. We vinden er zelfs overheerlijke Belgische biertjes en besluiten voor morgen te reserveren voor het diner.
Later gedineerd bij het restaurant bij onze haven. Het eten smaakt goed, maar wel vreemd dat dat je bij dit restaurant/pizzeria geen pizza’s op de menukaart vindt.

2 Augustus

Vandaag enkele wolken. Ondank het gewiebel goed geslapen. Gelukkig varen de veerboten ‘s nachts niet, dus blijft ook hun hekgolf tegen onze boot ‘s nachts uit.
Toch heeft het geschommel een naar effect op onze boot. We hebben een ouderwetse plank als loopplank te leen van de haven. Daar zitten vier touwtjes aan die allemaal ergens aan vast gemaakt heb. De plank heeft daardoor niet veel ruimte en wurmt zich onder de kikker. Eenmaal vast onder de kikker bonkt de plank bij elke golf tegen onze boot. Het resultaat is diverse schuurplekken op het polyester en beschadigingen aan de naam “Maastricht” die op de spiegel van de boot staat. We hebben er weer een klusje bij.
Vandaag rustig aan. De werf in Capo gemaild over de rubberboot (heb je mijn mail gezien, kan je er iets mee?) en de accu’s (kunnen jullie die donderdag voor ons doormeten) en eindelijk wat meer tijd in ons blog gestoken.
In de middag laten we ons door de taxi weer naar het stadje brengen. Het is ook te belopen, maar het is te heet en de taxi is inclusief.
We zwerven door de stad. Die heeft al veel gezien in zijn leven. Hij is bewoond door de Grieken en Romeinen, De Normandiërs bouwen er een kathedraal, Turkse piraten braken die weer af en de Spanjaarden bouwden er een vesting met dikke stadsmuren.
De vele autoloze straatjes maken het een gezellig wandeling.
Dan zijn we wel weer toe aan een terrasje. Zoals gezegd, die zijn er genoeg, zonder te verworden tot een vreselijk toeristenoord. Chris heeft de vorige dag gereserveerd bij een leuk restaurant met een dito uitzicht. Reserveren is geen overbodige luxe blijkt al snel. Heel wat mensen worden weggestuurd. We eten Eolische specialiteiten (kaasplank en pasta). Na afloop wandelen we door de drukke winkel/terrasstraat weer terug. Halverwege nemen we zo’n overheerlijk Italiaans ijsje.
Aan het eind van de straat treffen we onze taxi aan en even later zijn weer op ons achterdek om te genieten van het uitzicht over het water.

3 Augustus

De dag begint met een vreemd fenomeen. Buiten vindt een soort van luchtverplaatsing plaats. Zoiets als onze ventilatortjes, maar dan groot en breed en buiten! Even op Googelen:
“Wind is een natuurlijke luchtbeweging van de atmosfeer. Deze ontstaat door horizontale luchtdrukverschillen, waarna de kracht en richting worden beïnvloed door de draaiing van de aarde en eventueel de wrijving met het aardoppervlak.”
Joh! Dat hadden we op Sicilië nog niet eerder meegemaakt.
“Wind” dus. Hij blaast rond het eiland. Volgens Google blaast wind vaak langere tijd uit dezelfde richting. Dat doet onze wind niet. Onze boot gaat van links naar rechts naar achter en naar voor t.o.v. de steiger.
De boten in onze haven liggen op allerlei plekken. De boten naast ons staan haaks op onze boot. Als onze boot naar stuurboord waait, komen de punten van de boten van de buren angstig dichtbij.
Het plan is om straks uit te varen, maar de eerste meters zal onze boot nog weinig weerstand bieden aan de wind. Je waait maar zo op en andere boot. De meeste schippers staan op het dek van hun boot en lijken te kijken naar wat de andere schippers gaan doen. Ik ben geen uitzondering.
Één van de marinero’s gebaart me of ik soms de mooringlijn aan wil spannen. Nee gebaar ik, ik wil eigenlijk weg. Hij roept Antonio. Antonio spreekt Engels en hij vaart in de gele rubberboot. Als wij uitvaren, dan zal Antonio met zijn rubberboot tegen onze boot aanvaren om hem zo in een rechte lijn te houden. Naast Antonio komen nog twee marinero’s in beweging.
Ik leg aan Chris uit dat we nu gaan uitvaren. Hoezo nu, zegt Chris. Nou omdat al die marinero’s er nu klaar voor staan. Gehaast gaan we het vertrek regelen. Navigatie aan, motor aan, stroom eraf, loopplank weg, luiken dicht etc. De marinero’s worden ongeduldig. Trossen los dus maar en een beetje gas geven. Antonio doet zijn werk goed. Hij duwt af tegen de wind en we vertrekken in een rechte lijn. Na een meter of 30 zijn we uit de gevarenzone. We gaan op weg naar de volgende bestemming Milazzo op Sicilië.
Op zo’n 500 meter van het eiland is het alweer geheel windstil. Dat wordt dus motoren naar Milazzo.
Plots horen we allerhande zoemertjes. De domestic accu’s zijn “low”, de navigatie stopt alsook de autopliot. Ai, de boiler staat nog aan (gehaast vertrek) en die vraagt nu 220 aan de omvormer op de accu. Snel zetten we de boiler uit. De zoemers stoppen en alles hervat zijn werk.
We varen een strakke koers van Lipari naar Milazzo. Wie ook een strakke koers vaart van Lipari naar Milazzo is de draagvleugel-veerboot. Die vaart ons bloedsnel achterop. Moet ik nu naar stuurboord of bakboord uitwijken? De veerboot zal het in elk geval niet doen.
Na een poosje turen besluiten we 90 graden naar bakboord te sturen om ook zoveel mogelijk van de hekgolf te missen. Het blijkt de juiste keuze. Kort daarna speert de veerboot aan stuurboordzijde langs ons heen en de hekgolf valt mee. We gaan terug op koers naar Milazzo.
Helaas geen cappucino nespresso onderweg, dat moesten we met deze accu’s maar niet meer doen.
Zo’n draagvleugelboot is snel, heel snel. Na een poosje zien we dat de draagvleugel klaar is in Milazzo en nu recht op ons afkoerst. Dit keer wijken we naar stuurboord en ook dat blijkt een goede keuze.
Voor Milazzo hebben we een reservering van twee nachten gedaan via de app Navily in de haven Santa Maria Maggiore.
Later zullen in de Navily app een review schijven over deze haven. Hij gaat als volgt:

If you are thinking of mooring at Santa Maria Maggiore:
Sail away, sail away, sail away (Enya).
The price per night on Navily was 100 €. If you have booked, you will receive a message that an additional 20 € per night will be added for electricity and water. At checkout, the price per night has already risen to 130 €.
And that's not the worst. No matter how many times you call on the VHF, no one responds. We get in touch by phone, but the man only speaks Italian. That we have a "prenotazione" via Navily means nothing to him. Once in the harbor we see no one. We'll call one more time. They are busy, do we want to wait 5 minutes...
Eventually someone will point out where we can moor.
The pole with electricity supplies is not working. Good thing too, because he's almost loose on the pier. After some searching we find a connection that works.
We report to the harbor master's booth. He doesn't understand us, shouts angry Italian words and sends us away.
We'll go into town. Milazzo is dead boring. Many restaurants / terraces have closed or gone bankrupt, probably because of corona.
Back at the harbor we ask if we can register now. There is actually a lady who speaks English. We get our boat papers. Back at the booth, someone else is already sitting in the guest chair. We are sent away again. We wait outside for a seat. After 10 minutes the guest leaves again, but we are not called in. I try to ask something of the harbor gentleman, but he again angrily gestures no.
Then someone else walks into the cubicle. My wife has had enough. She steps in and makes it clear that we are guests here and want to be treated as guests. We register now or not at all.
It's allowed!
We pay the 130 €, anything better than being in contact even longer.
The next morning we leave as fast as we can…

Het zal je niet verbazen dat we snel besloten hadden om slechts één in plaats van twee nachten te blijven.
Nare haven, saaie stad, maar het kan nog erger.
Dat onze accu’s slecht zijn geworden is ons inmiddels al duidelijk. We mailen de werf in Capo dat ze gewoon maar vast nieuwe accu’s moeten regelen, maar dan wel met dezelfde afmetingen, anders passen ze niet in de houten bak onder ons bed.
De mail is nog niet weg, of we ontdekken dat onze accu’s niet meer bijgeladen worden. Het “charge” lampje van onze Mastervolt lader/omvormer is van groen naar rood gesprongen. Ik probeer de huisvrouwenmethode (uit zetten en dan weer aan). Het lampje twijfelt tergend lang tussen groen en rood, maar blijft dan weer op rood staan. Donder en bliksem, zou de Mastervolt weer stuk zijn? Dat kan betekenen dat het niet de accu’s zijn die voor problemen zorgen, maar de Mastervolt.
Ik mail de werf te wachten met bestellen van de accu’s, maar die snelle jongens mailen terug dat de bestelling al gedaan is.
We trekken maar een flesje open en Chris kookt een heerlijke maaltijd. Ondanks het rooie lampje blijft aan boord alles werken. We gaan niet te laat naar bed, want we willen morgen niet te laat weg.

4 Augustus

Na het wakker worden kijken we of alle systemen het nog doen. Dat is het geval, maar het lampje blijft rood.
Als de Mastervolt vervangen moet worden, moeten we weer een week of twee op accu’s leven die moeten worden opgeladen door de dieselmotor aan te zetten. Wat op 220 werkt, zal dan niet werken. Die gedachte maakt ons er niet vrolijker op.
We maken een ontbijtje en weten nog wel te genieten van het uitzicht op Milazzo.
We waren van plan twee nachten in Milazzo te blijven, maar het zal duidelijk zijn dat we daarvan gisteren al teruggekomen zijn.
Ik mail de werf of er die middag al gemeten kan worden en of er een elektriciën beschikbaar is.
Nee, woensdag lukt niet, donderdag meten, vrijdag een elektriciën.
De tocht van Milazzo naar Capo d’Orlando is mooi. Geen wind, uiteraard, en ik zet de motor op wat meer toeren. We willen het rode lampje zo snel mogelijk in Capo hebben.
Onderweg zie ik dat het rode lampje uit is. Een wonder? Reden tot vreugde en juichen? Nee, beredeneer ik later. Nu we varen hebben we geen walstroom en hoeft te Mastervolt dus ook geen 220 in 12 volt te veranderen.
Tegen 13:00 uur zijn we bij de haven van Capo. Kom nooit aan tegen 13:00 uur. Beschaafde mensen zijn dan aan de lunch. Ook in Capo reageert niemand op de VHF en ook niet op de telefoon. Pas als we al in de haven liggen, krijgen we contact.
Even later zijn we weer aangemeerd. Dat is zweten geblazen met het straktrekken van de moorings en landvasten en het sjouwen met de loopplank.
Ik sluit de walstroom weer aan. Ook het rode lampje gaat weer aan.
We kunnen wel de Nespresso gebruiken op de walstroom.
Ik bedenk of ik zelf iets kan doen met de elektra. Misschien zijn enkele van de vijf accu’s stuk en zijn er nog één of twee heel. Dan zou ik de stukke accu’s er tussenuit kunnen halen.
Ik haal het bed af en maak het acculuik open. De accu’s voelen heet aan. Niet gek in zo’n bak onder het bed als het buiten 36 graden is. Dat de accu’s heel of half stuk zijn, zal ook wel meespelen. Ik zoek gereedschap en kijk hoe ik de accu’s los kan halen. Als ik even later nog een steeksleutel pak, zie ik plots dat het rode lampje uit is. Ja, ja, aan een wonderbaarlijke wederopstanding van de Mastervolt durf ik nog niet te denken. Maar wat is er dan wel aan de hand?
Plots schiet het me te binnen. Op één van de accu’s zit een zwart blokje bevestigd dat met en draadje naar de Mastervolt loopt. Een temperatuur sensor; wanneer de accu te warm wordt, stopt de Mastervolt uit voorzorg met laden en zet dan z’n rode lampje aan!
We laten de bedbak open staan en alles blijft naar behoren werken! De accu’s worden door de ouderdom te heet. Accu’s vervangen en klaar is Kees. De accu’s zijn besteld en onderweg dus nog even en dan is eind goed, al goed.
We schenken ons een stevige Campari Spritz in en komen weer tot rust.

Toch is deze dag nog niet gedaan. Er vallen allemaal zwarte flintertjes op ons dek en niet alleen op ons dek. Overal komen zwarte flintertjes naar beneden dwarrelen. Over de heuvels langs de haven komt een oranje-grijze wolk overdrijven. De wolk wordt steeds dikker en meer oranje. We krijgen een halve zonsverduistering. Wel een mooi gezicht overigens. We maken snel foto’s.
Ergens achter de heuvel woed een heel fikse bosbrand. Het heeft geen zin de zwarte flintertjes op te ruimen, zoals de buren doen, want een paar minuten later liggen ze er weer.
Er steekt een enorme warme wind op. De badkamer föhn is er niets bij. De hitte van de bosbrand waait met de wind door de haven.
Om middernacht is het 29 graden en kan je de lucht in plakjes snijden.

5 Augustus

Mogen we vandaag een rustig dagje?
Het begint al goed. Om acht uur, ik sta nog in de badkamer, meld zich iemand van de werf.
Hij komt de accu’s doormeten en de lekke rubberboot ophalen. Ik schiet in mijn zwembroek en maak het acculuik open. Hij gaat meten. Even later wenkt hij me. Hij laat de meter zien op diverse accu’s. Hij spreekt geen Engels, maar very low en very bad kent hij wel. Ik zie de cijfers en moet het met hem eens zijn. Deze accu’s zijn Kapot met een hoofdletter K. Via Google translate op de smartphone laat hij weten dat de accu’s de volgende week zullen arriveren.
Wij slepen getweeën de rubberboot van de voorplecht naar het achterdek. Daar pakt de medewerker in z’n eentje het boot pakket (wauw…) op en laad het in het bakje achter zijn fiets.
Ik maak een foto van de beschadigingen op de spiegel en mail de werf of ze ook aan belettering doen.
Toen zijn we 2 uur bezig geweest om de boot weer toonbaar te maken met veel poets,- en spuitwerk.
Nu dan toch maar een rustig dagje?

6 Augustus

Niet zo vroeg als gisteren, maar wel in de eerste helft van de morgen, meldt de man van de werf zich weer. In het karretje achter zijn fiets ligt de gerepareerde rubberboot. Hij weet de rubberboot weer in z’n eentje aan boord te krijgen. Vol trots laat hij op zijn smartphone foto’s zien van de ingewikkelde constructies die ze hebben gebruikt om de lijm onder druk te laten drogen. Bij gebrek aan Italiaans, hum ik er enthousiast bij. Hmmm, uhmmm, ooo, ahhh, wat knap en slim.
Hij vertrekt weer en Chris en ik slepen de rubberboot weer naar de voorplecht. Na de koffie zullen we hem oppompen. Dat doen we dan maar gewoon in de verzengende hitte die er nu eenmaal altijd is. Niet te hard oppompen natuurlijk, want in die hitte zal de lucht in de boot nog verder uitzetten.
We zitten nu echt met de vraag hoeveel lucht er in de boot moet. We moeten maar proberen een drukmetertje te scoren.

7 Augustus

Het wachten op de accu’s is geen pretje. Begin volgende week was de schatting van de werf. We moeten het er mee doen en besluiten niet uit te varen met de oude accu’s.
Uitvaren is sowieso wel een puntje. Over de meeste havens in de buurt lezen we niets dan narigheid in de Navily app. Bijna altijd een drijvend ponton zonder verdere bescherming en schreeuwend duur; 200 € voor een nachtje schommelen en 150 € voor het recht je boot op zee vast te maken aan een boei.
Sicilië is een populaire vakantiebestemming, ook voor de Italianen. In Italië is augustus DE vakantiemaand. Het is nu dus overal heel erg druk.
In een “normaal” zeiljaar zouden we verder de kust afreizen totdat we weer ergens zouden komen waar het ons bevalt. Dit jaar echter, is het recept te zwerven rond thuisbasis Capo d’Orlando. Daar hebben we, mede door de voortdurende hittegolf, nog geen goede invulling aan kunnen geven.

Wat je aan boord wel altijd kan doen is knutselen. Er staat immers altijd wel iets op de ToDo list.
Vandaag pak ik de hijskraan voor de buitenboordmotor weer eens op.
Het onderdeel dat ik daarvoor nog nodig had is inmiddels binnen, dus aan de slag.
Het knutselen verloopt voorspoedig en later staat de hijskraan keurig gemonteerd op het rek langs de spiegel van de boot.
De werking moet natuurlijk getest worden, maar op zaterdag is het heel druk op onze pier en stel dat er iets niet goed gaat bij de test. Nee, de test doen we een andere keer.

8 Augustus

Het is druk op onze haven. Augustus vakantiemaand. In de haven komen inmiddels meer dagjesmensen om bootjes te kijken dan er bootmensen zijn.
De terrassen zitten vol met mensen die een drankje of een ijsje willen en ‘s avonds zijn alle tafeltjes van alle restaurants bezet.
Ach, eigenlijk ook wel gezellig. We besluiten en terrasje te pakken. We nemen een biertje, want het is heel warm. Daarna doen we wat de anderen ook doen; een Aperol Spritz.
Langzaam wordt het etenstijd. Zullen we uit eten gaan? Zou er nog een tafeltje zijn? Het pizza restaurant heeft een wachtlijst tot 23:00 uur, maar bij ViaVai komt net eentafeltje vrij. Twee meter sneller dan de concurrentie scoren we het tafeltje. Chris kiest de spare ribs en Roelf een driepersoons entrecote. De ober zoekt een heerlijke en toch betaalbare lokale wijn voor ons uit.
Wat een feest!

9 Augustus

Één van de lijntje van een gastenvlaggetje (die van Friesland) is afgebroken. Op de Friese vlag na, zijn alle vlaggetjes naar beneden gekomen. Het stukje lijn van het Friese vlaggetje is inderdaad zo’n beetje verpulverd. Het probleem is echter dat de lijn waarmee je de vlaggetjes naar beneden haalt nu op de grond ligt. Kortom, de gast-vlaggetjes-lijn is niet meer te gebruiken.
We besluiten de gastvlaggetjes dan maar geïmproviseerd op te hangen.
We leren onze nieuwe buren kennen. Een Duits echtpaar van eind vijftig. Hun boot zal ook de komende winter in Capo blijven. We spreken af later samen te borrelen, maar wel voor donderdag, want dan vliegen ze naar Duitsland.
We lopen nog even langs Nautica Ceraolo en bestellen een drukmetertje voor de rubberboot. Door de taalproblemen weten we niet zeker of hij ook op onze rubberboot gaat passen, maar voor 13 € willen we wel eens dapper zijn. Zij hebben ook de juiste drukcilinders voor onze zelf-opblazende zwemvesten. De zwemvesten waren in 2015 al in de aanbieding, dus daar mag wel eens een vers cilindertje in.

10 Augustus

Het is dinsdag; dat mag je toch begin van de week noemen. Zijn onze accu’s er al?
Nee, die zijn er nog niet. 04-08, 10:00 opgepikt in Nederland, 06-08 15:43 vertrokken uit Bologna. En toen? De werf gaat navragen hoe het zit. Later volgt de mail van de firma Schenker; aankomst tussen 12-08 en 17-08.
Ik realiseer me ineens dat we helemaal geen whisky in huis hebben; die heb ik wel nodig nu!
‘s Avonds nodigen de Duitse buren ons uit voor een drankje op hun schip. We lusten alle vier witte wijn en het is heel gezellig. Iets na 22:00 uur bedenkt Chris dat er ook nog iets gegeten moet worden. We nemen afscheid en lopen richting restaurants. Alles afgeladen vol.
We snacken nog wat op de boot.

11 Augustus

We proberen de lijnbus die (o.a.) loopt tussen de haven en het station van Capo d’Orlando.
Voor 1€40 p.p. staan we in het stadje. We slenteren wat, drinken een colaatje en komen uiteindelijk aan in een gezellige strandtent. Ze hebben HefeWeizen en heerlijk bruschetta’s.
De bus brengt ons ook weer terug, al vertrekt hij van een andere plek als de chauffeur ons ‘s morgens had uitgelegd.
Vandaag is overigens een memorabele dag; het Europees hitterecord word gebroken en wel in…. Sicilië. Nou, dat het in Sicilië heet is, dat wisten we wel!

12 Augustus

Geen accu’s, geen actie. Dat gaat natuurlijk vervelen. We besluiten iets van avontuur te verzinnen.
We bedenken dat we ook gewoon met de trein op reis kunnen.
Taormina lijkt een heel geschikt reisdoel. De havengelden in Taormina zijn hoger dan een hotelkamer in het centrum. Daarnaast ligt de stad op een heuvel, een eindje van de kust.
We boeken een hotel van aanstaande maandag tot donderdag en plannen de treinreis.
Cefalú, lijkt een mooie stad te zijn hier in de buurt. Een ruim uur treinen naar het westen en je bent er. Dat is een mooi tripje voor morgen!
De rest van de dag gaan we bloggen en wat lezen.
Om half zeven, we drinken een Tennant biertje, klingelt de Whatsapp. De werf stuurt een foto van een stapel accu’s en schrijft; See you tomorrow.
Jaaaa, ze zijn er!
Morgen toch maar niet naar Cefalú, ach, komt wel.

13 Augustus

Vrijdag de dertiende. Het lijkt toch een beetje onze geluksdag te worden; vandaag komen immers onze nieuwe accu’s.
De werf kon weer niet aangeven wanneer de mannen langs zouden komen, dus we staan maar weer vroeg op. We hebben al eens iemand om 7:45 voor de nog opgehaalde loopplank gehad.
Vandaag komen ze later. Hebben we mooi de tijd om Het Parool van gisteravond te lezen. Wat is het leven toch veranderd; gewoon overal ter wereld je eigen krant lezen op je iPad. Heel wat anders dan naar de kiosk lopen om een twee dagen oude Telegraaf te scoren.
Rond een uur of tien staan er twee mannen voor de loopplank. Ze hebben een karretje bij zich waarop 5 joekels van accu’s gestapeld zijn. Eerst de oude er maar eens uit halen. Er worden wel dertig tiewraps losgeknipt, dikke kabels losgeschroefd en dan komt de eerste oude accu naar het achterdek. Zo! De zijkanten zijn overal opengescheurd. Explosion, explosion is een Engels woord dat de mannen kennelijk kennen. We zijn onder de indruk. Zelf hebben we nooit iets gemerkt van wat toch een knal gegeven moet hebben. Het zal wel gebeurd zijn toen we niet aan boord waren. In Imperia hebben anderen zo af en toe onze stroomaansluiting gejat toen we er niet waren en zijn de accu’s tot 11 volt ontladen geweest. Dat kan een reden zijn. Het kan ook zijn dat die verschrikkelijke R*b Sm*t van Hindeloopen ons indertijd geen nieuwe, maar al oude accu’s geleverd heeft.
Het is voor de mannen een heel gesjouw om de accu’s uit de kajuit en over de loopplank te tillen. Dat had ik samen met Chris waarschijnlijk niet gered.
Na het verwijderen volgt het inbouwen. Plots gaan de ventilatortjes op ons buitendek weer draaien. De accu’s zitten er in. De mannen moeten nog wel even een pak tiewraps halen.
Als ze klaar zijn, zet ik de Mastervolt weer aan. Die moet even flink aan de bak met opladen.
Nu we weer 12 en 220 volt hebben, maken we weer een lekkere cappuccino.
Tijd voor een klusje maar weer.
Twee jaar geleden heb ik geprobeerd een HP printertje te configureren in het WiFi netwerk van onze boordrouter. Welk hulpprogramma ik ook probeerde en welke wizzard ik ook startte, de printer kwam niet op het netwerk. Ik heb toe HP Direct gebruikt, maar dan kan je niet tegelijk printen en op het internet zitten. Ik heb hierop in Altea nog zitten puzzelen. De printer aansluiten met een LAN kabel en dan via de configuratiepagina de WiFi instellen; dat zou moeten lukken. Aan boord heb ik een LAN kabel en de boordrouter heeft een LAN-poort.
Ik pak de printer uit een kastje (hij is lekker klein) en sluit de LAN-kabel aan op de boordrouter. Nu nog de LAN-kabel in de printer steken. Hé, waar zit de LAN-poort? Nou, nergens! Zo’n klein goedkoop printertje heeft helemaal geen LAN-poort.
KAK!
Het printertje heeft wel een USB poort voor zo’n speciaal kabeltje met een vierkante USB-stekker. Waar zou die zijn? Nadat ik het kastje, waar de printer in zat, helemaal heb leeggehaald, vind ik het kabeltje op de bodem.
Ik sluit het kabeltje aan op de printer en de laptop. Via de printerinstellingen vind ik de printer. Daar vind ik ook een configuratie adres voor de browser. Ik kan daar naar WiFi netwerken laten zoeken.
Hij vindt er geen één. Ik laat hem nogmaals zoeken. Hij vind er geen één.
KAK!
Daarom zullen al die wizzards gefaald hebben. Vind je geen WiFi netwerken, dan kan je er ook niet op aansluiten.
Er is op de configuratiepagina nog een mogelijkheid de (SSID) naam van het netwerk zelf in te typen. Ik verwacht er niet veel van, maar nu ik toch zover gekomen ben typ ik de naam van het boordnetwerk (hoofdletters, kleine letters, underscores, cijfers) zo foutloos mogelijk in. Na een return wil de pagina ook nog een wachtwoord weten. Ik typ het in (ik wist het nog!) en wacht af.
Op het display van de printer gaan logootjes aan, uit, weer aan, weer uit etc.
Ik zei al; ik verwacht er niet veel van.
Dan roept de configuratie pagina OK.
OK, OK? Echt waar?
Gauw trek ik de USB-kabel los en ik kijk of de laptop de printer nog ziet.
Ja, hij is er nog, wat een succes! Drank, champagne, feest!
Ik maak een testprint. Vage kleuren en geen zwart. Daar had ik op gerekend. Na 21 maanden in een vaak warm schip zal de inkt wel uitgedroogd zijn. Ik heb reserve tankjes mee.
Na viermaal “koppen reinigen” doen de kleuren het weer als vroeger. Zwart wil niet. Dan dus maar het nieuw tankje. Nu wil hij ook zwart printen.
We kunnen ons nieuwe boot-verzekerings-bewijs printen en later, als we weer terug gaan, ook onze boarding passen.
De middag is al weer bijna voorbij. Tijd vliegt als je computerspul wil aansluiten.

14 Augustus

Ondanks dat we zeven dagen per weer een vrije dag hebben, houden we het weekend in ere.
Kort nadat we gestopt waren met werken, merkten we dat we het weekend gevoel misten.
Sindsdien dekken we op zaterdag (en zondag) een uitgebreide ontbijttafel.
Zo ook vandaag. Chris heeft bij de Spar op het haventerrein een vers stokbrood gescoord en we eten er goed van.
Na het ontbijt wordt het weer steeds warmer. Volgens de weer-app zou nu het ergste van de hittegolf voorbij moeten zijn, maar zo voelt het niet. Heet en absoluut windstil.
De weer-app meld dat de gevoelstemperatuur in Palermo (ten westen van ons) nu 43 graden is. In Messina (ten oosten van ons) 42 graden. In Capo d’Orlando zou de gevoelstemperatuur 32 graden moeten zijn. Nou, echt niet. We voelen ons niet beter dan de afgelopen weken.
Uitbuikend van de rijke ontbijt bespreken we of we vandaag en/of zondag gaan uitvaren. We hebben immers alles weer op orde in de boot.
We kijken elkaar aan en weten het antwoord al. We hebben nergens zin in.
‘s Morgens vroeg voelen we ons goed, laat in de middag tot ‘s nachts voelen we ons goed, maar die hitte van overdag, daar hebben we helemaal tabak van. Op zee zal het wel wat koeler zijn, maar ook niet veel. Ook daar waait het niet en het zeewater is ook ruim boven de dertig graden.
Nergens zin in. Wat is er met ons aan de hand?
We missen het avontuur!! We zijn niet onderweg naar nog onbekende nieuwe bestemmingen.
Onze Duitse buren vertelden ons over Griekenland; Corfu en Lefkas en omgeving, waar ze net vandaag kwamen. Zo te horen is het daar nog zoals het tien jaar geleden was toen wij daar voor het eerst samen zeilden. Ja, daar willen we naar toe!
Alleen niet dit jaar. We hadden immers besloten dit jaar rond Capo te blijven. De Eolen verkennen, misschien Cefalú, Palermo, naar het zuiden door de straat van Messina en dan weer terug…
De Eolen hebben we gezien, mooi, maar nu een pretpark voor veel snelle boten met luide muziek en overvolle baaien en (dure) havens. Daar hoeven we niet meer heen.
Palermo ook niet, Zijn we al veel geweest en de haven is een beetje oud en vies.
Cefalú is de moeite waard, maar heeft een haven die in Navily beschreven wordt zoals wij de haven van Milazzo beschreven hebben. Cefalú gaan we per trein doen.
Van de beschrijvingen van de havens langs de straat van Messina (oostkust Sicilië) worden we ook al niet vrolijk. Best te doen als je op doortocht bent, maar om nu eerst van noord naar zuid langs de oostkust te reizen, dan van zuid naar noord weer terug naar Capo en dan volgend jaar weer van noord naar zuid richting ronding van de laars van Italië? Dat lijkt wat veel ge-heen-en-weer. En, trouwens, Taormina doen we vanaf maandag t/m donderdag al met de trein.
Hmmm, we kijken elkaar aan. Zo’n gevoel hebben we niet eerder gehad tijdens onze zeilreizen.
De hittegolf van meer dan vier weken heeft onze energie kennelijk langzaam laten verdwijnen en we missen het avontuur van de nog onbekende bestemmingen.
Wat gaan we dan doen tot eind september? Is dat wel leuk? De gedachten dwalen af naar de heerlijke airco’s in ons huisje in Altea, naar onze vrienden daar en naar wat je daar zoal kan doen.
Zullen we eerder naar huis gaan? We zijn pensionado’s, waarom niet gewoon doen waar je zin in hebt?
We gaan niet eind september naar huis, we gaan begin september naar huis! Volgend jaar begin mei naar Capo (dan is het nog relatief koel) en dan door naar de hak, Corfu, Parga, Lefkas etc.
Zo gaan we het doen!
We krijgen er zowaar energie van!

Die energie is nodig ook. Er liggen nog wat klusjes.
Om te beginnen moeten de beschadigde “Maastricht” letters van de spiegel (achterkant) van de boot nog verwijderd worden en moeten de beschadigingen in het polyester worden weggewerkt.
Ik hang een handdoek tussen de bimini en de bb-hijskraan, zodat ik in elk geval in de schaduw kan schuren en polijsten. De (plak) letters zijn relatief gemakkelijk te verwijderen door te krabben met mijn nagels. Plakresten en vuil verdwijnen goed met een make-up watje met wasbenzine. Polyester is relatief makkelijk te bewerken met schuur- en polijstpapier. Na wrijven met speciale plastic-polijst-vloeistof glanst de achterkant van de boot als nooit tevoren. Ik mail de werf met de afmetingen van de plek waar de nieuwe letters moeten komen, de kleur van de letters, font en de tekst. Zij weten dan weer iemand die de belettering voor ons gaat maken.
Een tweede klusje is de reparatie van de 12 volt oplader voor de MacBook. De kop daarvan, die je in het 12 Volt stopcontact steekt is ooit afgebroken, dus die werkt niet meer. Hij is echter wel handig, want ik blog altijd op het achterdek en daar is alleen een 12 volt aansluiting.
Ik verwijder de gebroken kop, soldeer bedrading aan de oplader en monteer een 12 volt stekker op de andere kan van de bedrading. Nog wat tape over de verwijderde kop en de oplader doet het weer.
Genoeg geklust voor vandaag.
Vanavond experimenteren we met een soort kruising tussen een pizza en een rechthoekig focaccia brood. Te koop bij de Spar op het terrein hier. Even in de oven en klaar.
We snijden zes vierkanjes uit de rechthoek. Hij smaakt heerlijk! De wijn, een shiraz, smaakt ook heerlijk. Chris eet één viekantje, Roelf drie en twee gaan weer in de koelkast.

15 Augustus

We verzinnen hoe we zowel “Joi de Vivre” als “Maastricht” op de spiegel van de boot kunnen krijgen. In een aantal landen is het verplicht om de naam van de “thuishaven” achterop de boot te hebben. In veel havens gebeurt het dat het havenpersoneel denkt dat onze boot de Maastricht heet. Dat we voor de Joie de Vivre een reservering gemaakt hebben helpt dan niet; we worden immers voor de Maastricht aangezien.
Dus nu maar “Joi de Vivre” en “Maastricht” op de spiegel. Ik schrijf een uitgebreide e-mail voor de werf waarin ik aangeef hoe we het willen. Wie ooit wel eens een drukproef heeft laten maken bij een drukkerij, weet wat er allemaal mis kan gaan in de communicatie en zo’n misverstand wil je niet op je spiegel.
De werf heeft vanaf maandag een paar dagen vakantie, dus hopelijk hebben we eind volgende week een reactie.

16 Augustus

Vandaag reizen we naar Taormina.
Waarom gaan de bootreizigers nu met de trein naar een hotel in Taormina?
Havens in Sicilië zijn wel een dingetje. We leggen graag aan in een mooi haventje in, of vlakbij, het centrum van een lieflijk stadje. Dat lukt ons niet op Sicilië.
Onze haven in Capo d’Orlando is mooi en modern, maar het stadje Capo d’Orlando is wel 50 minuten lopen verderop. Dat probleem hebben veel haventjes hier.
Ligt de haven dicht bij de stad, bijvoorbeeld Milazzo, dan is het haventje niet veel soeps en, in het geval van Milazzo, het stadje ook niet.
Bij Taormina kan je op twee manieren je boot parkeren. Er is een klein haventje, waar onze boot niet in past, dat 200€ per nacht vraagt en er is een veld met boeien waar je, op 300 meter uit de kant, voor 85€ per nacht kan aanleggen. Goed, er dan wel een service met een rubberbootje, maar……
Taormina ligt hoog op een heuvel. Vanaf de kust drie kwartier (omhoog) lopen in de brandende zon.
Daar worden we niet vrolijk van.
Waar we wel vrolijk van kunnen worden zijn de prijzen van het openbaar vervoer. Van de haven met de bus naar het station 1€40, met de trein,via Messina, naar Taormina (140 Km) 10€10 en vanaf het station naar de stad boven is 1€.
De hotelkamer (met airco, yes, yes!) is 150€ per nacht, de prijs van een gemiddelde ligplaats in augustus.
Dus vandaar onze keuze.

We willen de bus van 7:30, dus we moeten vroeg op.
We willen niet steeds met koffers lopen sjouwen, dus mogen we van onszelf precies twee rugzakjes mee. Wat daar niet in past, mag niet mee, ook al blijven we vier dagen en drie nachten weg.
De bus is oud en rammelt, maar hij staat precies op tijd voor onze neus.
De bus naar het station is al direct weer een avontuur. Hij gaat gaat niet rechtsaf richting de stad, maar linksaf. Ik loop naar voren en stamel “stazione”. Si, si zegt hij en iets met giro. Ah, hij maakt een rondje. De bus draait en heel smal weggetje op en rammelt door een eerste haarspeldbocht. Chris wordt meteen herinnerd aan haar hoogtevrees. En dit is nog maar het begin. Haarspeldbocht na haarspeldbocht rammelen we naar boven. Het uitzicht op de haven is prachtig, maar Chris heeft even geen zin om foto’s te maken. Af en toe maakt zich iemand los uit het struikgewas om in de bus te kunnen stappen. Tegen de tijd dat we eindelijk bij het station zijn, zit de bus aardig vol.
Bij het station wil bijna iedereen eruit.
We trekken twee kaartjes Taormina Centrale uit de automaat. De cursus treinkaartjes ontfutselen aan de automaat hebben we twee jaar geleden al gevolgd, dus hebben we redelijk snel onze kaartjes.
Naast het station is een terrasje waar we een croissantje en een koffietje scoren.
Op het elektronisch overzichtsbord voor de treinen staat veel informatie, maar niet vanaf welk perron onze trein zal vertrekken. Gelukkig zijn er maar twee perrons en we gokken op nummertje twee. Daar staat onze trein wel netjes op het bord.
We vinden twee corona-veilige stoelen en installeren ons. Twintig minuten later hebben we al 6 minuten vertraging. Voor de overstap in Messina hebben we 7 minuten.
Vlak voor Messina hebben we 4 minuten teruggewonnen. De treinomroeper meld (in het Engels) dat we aankomen op perron 7 en dat de trein nar Catania (die moeten we hebben) klaar staat op perron 1.
Nou, we kunnen, voor onze leeftijd, nog behoorlijk sprinten en even later hijgen we uit in de trein naar Taormina.
We stappen uit in Taormina Giardino. Vandaar moeten we op de Taormina Link (een bus) stappen. De prijs zit in onze treinkaartjes. Het is druk bij de halte. Heel druk. Corona druk.
Er blijken meerdere bedrijven actief met bussen. Gelukkig heb ik op de Taormina Link gegoogeld en weet dus hoe de bus er uit ziet. Mede daardoor, staat we als eerste voor de deur van de bus. Dat is maar goed ook, want vanwege corona mogen er maar een beperkt aantal mensen instappen. Wij hebben een mooi plekje en bij de deur van de bus wordt het heel ongezellig.
De wereld is een onrechtvaardige plek.
Maar dat wisten we al.
Ook deze bus rijd een heel onverwachte kant op. Ik ga er maar van uit dat we iets aan het doen zijn waar het woord giro in voor komt.
We komen ook nog in een file terecht. Je zal maar een taxi genomen hebben!
Iets voor de stad moeten we eruit. De stad is grotendeels een zona pedonale. Ja, u raad het goed; voetgangersgebied.
Ons hotel blijkt perfect gelegen, dichtbij de hoofdstraat maar zonder het bijbehorende geluid.
Taormina is inderdaad de parel van Sicilië. Wat leuk, mooi, cultureel, gezellig, terrasjes, restaurantjes, duomo’s, forum etc.
Ik ga het niet beschrijven; daar hebben we de foto’s voor.

O ja, nog één verhaaltje dan. Vanaf het hotel loopt een trap naar de hoofdstraat. Rechtsaf, twee winkels en dan is daar een sieradenwinkeltje. We zijn niet zo van sieraden; meestal vinden we ze niet mooi, maar die in dit winkeltje vinden we wel allemaal mooi.
Chris ziet heel mooie oorbellen in de etalage. Ze is een van haar lievelingsoorbellen kwijt geraakt, waarschijnlijk door het op-en-af-en-op-en-af-en-op-en-af zetten van het mondkapje.
We lopen naar binnen en Chris vraagt naar de prijs. Één van de twee lieven oude mevrouwen van het winkeltje zegt iets in het Italiaans. Gelukkig kunnen we ook het prijskaartje zien.
Ze zijn niet goedkoop, maar ook niet zo duur dat je even om een stoel moet vragen.
Een van de oude mevrouwen spreekt toch een beetje Engels. We horen rosé goud en freshwater pearl. Dat moet toch wel goed zijn.
Chris twijfelt. Dat doet ze altijd als ze iets graag wil. Ik kan zien dat ze ze graag wil hebben en uiteindelijk zal besluiten om het niet te doen. Dat weet je, als je elkaar al zo lang kent.
Ik besluit om de oorbellen aan Chris kado te doen. Voor je verjaardag, zeg ik. Welke verjaardag, vraagt Chris. Voor de vorige, zeg ik. Dan kan je voor de volgende wat anders vragen.
Geen gelul over “inspraak”, de freshwater pearls met Italiaans rosé goud worden gekocht.
Chris is blij.
Daar doe je het voor!
We besluiten dat we die avond dus een verjaardag te vieren hebben. Daar hoort sjiek eten bij met prikwijn vooraf en mooie voorgerechten en witte wijn en dan vlees en/of vis en dan, en dan…
Dat doen we dus ook.
Daar is ook een foto van.

17 Augustus

We beginnen de dag met het zoeken naar een leuke tent voor ons ontbijt. Ik zou wel een Engels ontbijt lusten en Chris een continental.
Niet gevonden dus. Taormina heeft niet echt een breakfastcultuur. De Italiaan neemt een brioche, scheurt hem aan stukjes, doopt ze in de koffie en dat is dan ontbijt.
We vinden een leuk tentje waar we zien dat er ook croissants zijn. Chris is in een wel heel dappere bui; ze bestelt een koffie ginseng. Dat spreken we natuurlijk verkeerd uit, dus moeten we het in het menu aanwijzen. Ik neem een risicoloze cappuccino. Vervolgens bestellen we twee croissants. Oh nee, nee nee, dat gaat niet. Één croissant kunnen we krijgen. We bestellen een croissant en een brioche. Snuiven we toch nog wat Italiaanse cultuur op.
Tijdens het wachten google ik op ginseng: De werkzame stoffen zijn de in de wortel voorkomende ginsenosiden, welke tot de triterpeen saponinen behoren. Chris zit vandaag geramd!
Wat gaan we doen vandaag? Chris wil wel naar een markt. Er moet er één zijn bij een van de vele kerkjes die Taormina rijk is. Het marktje is niet te vinden. Het kerkje wel en dan moet Chris ook naar binnen.
Wat doen we daarna? Het wordt de kabelbaan. Omdat Taormina zo hoog op de rotsen boven het strand staat, is er een heuse ski-lift-achtige kabelbaan aangelegd. Voor 6€ mag je naar beneden naar het strand en ook weer omhoog. Bij ons in de cabine reist een dame mee met hoogtevrees. Die zorgt de gehele afdaling voor entertainment.
Na korte wandeling arriveren we bij een strandtent met een prachtig uitzicht een baai met rotsen, eilandjes, bootjes en strandjes. Hier gaan we het wel even vol houden.
Het is weer warm en er staat weer geen zuchtje wind. De vlaggetjes op het strand hangen slap naar beneden.
Na een bescheiden doch aangename lunch stappen we weer in de gondel van de kabelbaan.
Één van de bezienswaardigheden van Taormina is het Romeinse amfitheater. We gaans eens die kant op. Voor de toegang staat een immense rij. Mijn Eftelingtrauma slaat direct weer toe. Dat moet een heel lange wachttijd zijn en dan ook nog in de brandende zon. We besluiten het morgen op een ander tijdstip nogmaals te proberen.
We lopen even later door het minder drukke gedeelte van Taormina en stuiten daar op het uithangbord van Hotel Corona. Dat vinden we wel toepasselijk. Taormina kent veel plaatsen waar het echt razend druk is in de smalle straatjes en we zien weinig mondkapjes.
Iets verderop is een prachtig park dat zich uitstrekt langs de rand van de klif. Het uitzicht is al even prachtig. Het park bevat een eerbetoon aan dappere Italiaanse marinemannen die hele grote Britse schepen hebben laten zinken. Ze hadden een soort onderwaterscooter met ingebouwde bom.
Na deze update van onze geschiedeniskennis zijn we wel toe aan een drankje. We gaan gewoon weer naar hetzelfde terrasje als gisteren omdat ze daar zo’n mooie bierkaart hebben.
Na het luxe verjaardagsdiner van gisteren, doen we vandaag gewoon en lekkere pizza op, alweer, een oergezellig terras.
De vele foto’s verdeel ik vandaag maar over meerdere groepen en vergeet niet te scrollen door op het pijltje naar rechts te klikken.

 

18 Augustus

De dag begint helemaal goed! Op zoek naar een ontbijt zien we twee terrassen naast elkaar; het ene zo goed als leeg en het andere zo goed als vol. Vol = Goed, is onze ervaring, al zijn er gevaarlijke uitzonderingen. We nemen plaats aan het laatste vrije tafeltje. Er komt direct iemand met het menu. Ze hebben een English breakfast (voor Roelf) en ook een continental breakfast (voor Chris) en ook tè caldo (caldo = heet, zoals je weet). We zijn helemaal blij.
We besluiten het ontbijt met een americano en plannen een bezoek aan het Romeins amfitheater.
De rij blijkt minstens even lang als gisteren. Niks voor ons. Ach we hebben al Romeinse amfitheaters bezocht in Cartagena, in Rome en ook wel in Griekenland (Kreta) toen we daar met de rugzak rondtrokken. Er zijn 220 amfitheaters gebouwd, dus zullen we in de toekomst ook nog wel eens een amfi-tje meepakken. Taormina slaan we over, maar, om jullie niet teleur te stellen, hebben we een foto van het Amfitheater Taomina voor jullie gedownload en toegevoegd.
We wandelen weer een nadere kant op in de stad en stuiten vrijwel direct op een oud Romeins Odeon. Ook een soort amfitheater, maar dan kleiner, gratis en zonder rij.
Onze zwerftocht brengt ons weer bij tal van fotogenieke plekjes, muziekmakers, covid testtent, kerkje, museumpje, terrasje, cocktail tent (dat doen ze anders nooit), diner (pasta deze keer) en Siciliaanse folklore (Volaré, oh-oh, Cantaré, oh-oh-oh-oh) (is dat geen Spaans?).
Een rijke dag weer. Nog een cocktail toe en dan naar bed.

19 Augustus

Taormina, hoe mooi ook, hebben we nu wel gezien. We reizen vandaag terug met een overstap in Messina, dus besluiten we straks een bezoek aan Messina te brengen.
We ontbijten op het terras waar we gisteren zo heerlijk ontbeten hebben, maar Roelf heeft dit keer genoeg aan een continental.
In Taormina stikt het van de excursiebedrijven. Al die bedrijven bieden je ook een busreis aan naar het treinstation beneden aan de kust. Van onze hoteleigenaar hoorden we echter dat er, iets voorbij de ingang van de kabelbaan, een regulier busstation is, waar regelmatig lijnbussen naar o.a. het station vertrekken. Daar lopen we dus heen. Goed, het is ietsjes verder van het stadscentrum, maar dan sta je ook op een flink busstation dat Taormina verbind met Messina, Catania en wat dies meer zij. Bussen vertrekken om de tien minuten en kosten een hele euro per persoon.
De rit naar beneden, door vele strakke haarspeldbochten, met zo’n lange bus is weer een avontuur op zich. Vooral voor Chris, die weer veel vergezichten op diverse afgronden voorbij ziet komen.
Nogal te vroeg komen we aan op het station. Koffie dan maar? Er is rond het station niets te beleven, niets, maar dan ook helemaal niets. Er moet ooit horeca geweest zijn, maar die is failliet, leeg en overwoekerd.
Alle bankjes op het perron zijn bezet.
Uiteindelijk nemen we dan toch plaats in de trein op weg naar Messina.
Wanneer we in Messina het station uitlopen, zien we een hele kudden agenten en militairen in de hal staan. Iedereen voor ons loopt gewoon naar buiten, maar wij worden aangehouden.
Zou dat etnisch profileren zijn? Ik ben de enige die blond is.
Ze willen onze paspoorten zien. Nog een geluk dat we die mee hadden voor het hotel.
Met een smartphone en een, ongetwijfeld geheime, app worden de paspoorten ingescand. De mannen praten op gedempte toon met elkaar, maar de veiligheidspal op het machinegeweer wordt er niet afgehaald (ja, voormalig dienstplichtig soldaat Post weet het machinegeweer werkt).
We mogen doorlopen. We lopen door een bouwvallige wijk. Overal zien we muizen/rattenvallen.
Dankzij Google weet ik hoe we naar de Duomo moeten lopen. Even doorzetten, want de omgeving is nog steeds deprimerend.
De Duomo ziet er mooi uit. Ze zijn er in de twaalfde eeuw al aan begonnen, dus dat mag ook wel. Ernaast staat een uitbundig versierde toren, ook mooi dus. Op het plein van de Duomo staat een fontein. Waarschijnlijk ook mooi, maar nu geheel in de revisie.
Het terrasleven rond het plein zit op het niveau van Grubbekutterveen. We hebben nog geen koffie gehad, dus gaan we toch op een terras zitten. Al zittende ontwikkeld zich een enorme behoefte om hier niet te zijn. De Duomo, de Toren en de Fontein zijn waarschijnlijk het enige bezienswaardige van Messina.
Tja, later lezen we dat Messina ontzettend gebombardeerd is en ook nog aardbevingen gehad heeft.
Dat verklaart.
We zoeken uit wanneer de eerste trein naar Capo d’Orlando vertrekt. Die willen we hebben.
Eenmaal in de trein lopen er agenten en militairen door het gangpad. Ook het machinegeweer is er weer bij. Ze lopen zwijgend langs alle passagiers, tot ze bij ons komen.
Ons paspoort willen ze wel zien.
Ik zeg; etnisch profileren. Nu weet ik het zeker!
Ik wil er wel iets van zeggen, maar mijn verstand geeft me in dat niet te doen.
Nadat alles weer gescand is, stappen ze uit en kan de trein vertrekken.
Nog effe, dan zijn we weer thuis op de boot.

20 t/m 24 Augustus

Zo, de komende dagen maar eens rustig aan. Lekker uitslapen bijvoorbeeld. De straf voor uitslapen is echter dat de hitte alweer toeslaat als je gaat ontbijten.
Er is in elk geval voldoende tijd om de blog bij te werken. Taormina zorgde voor een hoop avontuur en voor nog meer foto’s.
We doen vast wat klusjes voor het winterklaar maken van de boot; de rubberboot moet leeg, opgevouwen en naar de “schuur” (voorslaapkamer) getransporteerd worden. Het transport lukt via het dakraam; dat scheelt een hele omweg! Eerst testen we of de aangeschafte luchtdrukmeter werkt op het rubberbootventiel. Jawel, die werkt, kunnen we volgend jaar de rubberboot voldoende opblazen zonder zorgen voor een PLOF. We trekken de beschermsok over de opgerolde genua heen.
We zien dat de buren ook aan het winterklaar maken zijn. Bij hen gaat de genua er helemaal af.
Eindelijk ontdek ik hoe het bovendeel van het gasfornuis eraf kan (de boot kent vele geheimen). Het fornuis kan eindelijk ook in de randen schoongemaakt worden. En passant lukt het om het aansteekmechanisme van de gasbranders te repareren. Achteraf simpel, maar je moet het maar weten; aan boord werkt alles anders dan thuis.
De hitte houdt aan. Volgens de weer-app is het overdag 32 en ‘s nachts slechts 25, maar zo voelt het niet. Het blijft windstil en de gevoelstemperatuur loopt hoog op.
Dit gaat volgend jaar in juli/augustus natuurlijk weer gebeuren. We besluiten dat we dan toch maar eens een airco in de boot moeten laten plaatsen. De airco in het hotel van het snikhete Taormina beviel ons zo goed dat we die luxe ook aan boord willen hebben.
We gaan direct op zoek naar een plek waar de airco ingebouwd kan worden. Er is al een hoop apparatuur in de boot ingebouwd, dus veel plaatsen zijn al bezet; twee Webasto kachels (een bezienswaardigheid hier in Sicilië), een diesel-stroomgenerator, een Mastervolt accu-lader/inverter, de originele Jeanneau accu-lader, een watermaker (van zee- naar zoetwater), een 4Kg wasmachine, twee koelkasten, een boiler, leidingwaterpomp, elektrisch toilet en dan natuurlijk nog de dieselmotor, magnetron, gasfornuis, TV, Nespresso machine, stereo, AIS, navigatiesystemen, autopilot, VHF-marifoon en controlunits.
Als je het zo opnoemt, begrijp je beter waarom er af en toe iets stuk is.
We lopen alle ruimtes aan boord na om te zien waar en airco-unit in zou passen. We komen veel opslagruimtes met spullen die we nooit gebruiken. Tijd voor de grote opruimactie dus.
Chris vertrekt met karren vol naar de vuilnisunit van de haven.
Ik kom nog een spanner tegen die ik ooit, nog in Frankrijk, gekocht heb voor de leuning-lijn van de loopplank. Die ga ik eindelijk monteren.
En zo wordt het vanzelf woensdag, de dag waarop we naar Cefalù gaan.

25 t/m 26 Augustus

Ja, lieve lezers, Cefalù is mooi, heel mooi. Misschien wel mooier dan Taormina, maar dan zonder Romeins amfitheater.
We waren weer heel vroeg op om de bus van 7:30 te halen. De reis naar Cefalù verloopt vergelijkbaar met de reis naar Taormina. Om 10:10 stappen we uit de trein. Na een kleine wandeling bereiken we de oude stad.
We zien al direct een mooi terras voor de koffie. Daarna zwerven we door de kleine straatjes tot aan het strand met uitzicht op de baai.
Onze B&B zit in een oud huis in een oude wijk achter de oude kathedraal. Van binnen is alles nieuw en smaakvol ingericht. Mevrouw B&B spreekt Italiaans en een klein beetje Spaans. Nou we spreken ook een klein beetje Spaans, dus daar komen we wel uit.
De kamer is zo mooi en ook Cefalù is zo mooi, dat we vragen of we ook twee nachten kunnen blijven.
Nee, dat kan niet. Jammer.
Voor het Breakfast van de B&B krijgen we een bonnetje voor een bar/gelateria aan het piazza van de Duomo. Praktisch en gezellig! Slim bedacht van mevrouw B&B. Uitchecken doe je door de sleutel achter te laten en voor de schoonmaak heeft ze personeel, dus ze hoeft er alleen te zijn wanneer iemand incheckt. Mooie baan!
We slenteren nog wat tot het terrastijd is. Daarna is het al gauw dinertijd. We dineren met uitzicht op een gezellige eetstraat aan de ene kant en de baai aan de andere kant. Het eten is nog lekker ook!
We slapen weer heerlijk in een aircokamer.
We checken uit en ontbijten heerlijk bij de bar/gelateria.
Via de werf heb ik een adres gekregen van en firma die airco’s levert en inbouwt. Ik heb ze in de mail gevraagd of iemand in onze boot kan komen inventariseren. Ik krijg een reactie via de Whatsapp. We spreken af dat er vrijdag iemand komt kijken om 9:00 uur. Ook weer geregeld.
We lopen nu naar de andere kant van de baai, alwaar ook de jachthaven moet zijn. Dit blijkt een klein haventje voor vooral motorbootjes. Dat zou onze boot amper ingepast hebben, dat had 150-200 € gekost en dat op 20 minuten lopen van de stad!
We lopen weer terug richting koffie en een flink aqua frizzante. Het is weer een leuk tentje met een idem uitzicht.
We vragen ons wel af wat we nu verder gaan doen. Chris wil nog wel wat winkeltjes doen, stukje lopen, maar dan hebben we Cefalù eigenlijk wel gezien. Gelukkig maar dat die twee nacht in het B&B er niet in zat.
Onze trein naar capo gaat om 15:30. Tijd genoeg voor nog één terrasje.
Wanneer we naar het station lopen, trekt de lucht dicht met wolken. Donkere wolken. Eenmaal op het perron vallen er dikke druppels. Daar komt, tergend langzaam de trein. Op het perron val niet te schuilen voor de regen. Net voor het echt losbarst opent de treindeur.
In Capo is het bewolkt, maar droog. De bus brengt ons naar de haven. In het kantoortje laden we 20€ op onze “tag”, waarmee we elektra en water op de boot kunnen betalen. Dat moet genoeg zijn voor de laatste dagen hier en ook voor de eerste dagen straks in mei 2022.
Aan boord gooien we alles open om de warmte binnen een beetje te verdrijven. Chris gaat nog een stokbroodje halen bij de Spar. Een paar minuten later barst de hemel open voor een stortbui. Chris blijft schuilen bij de Spar en Roelf rent door de boot om alle ramen en luiken weer te sluiten.
Zo snel als de bui kwam, is hij ook weer weg. We eten buiten in een aangename temperatuur met zelfs een klein windje!
Niet al te laat naar bed; morgen vroeg op voor de man van de Airco-firma.